museum. Evenmin betekende het dat niemand zich meer bekommerde om de historische collectie. In tegendeel: de gesprekken - soms discussies - over de waarde en betekenis van de geschiedeniscollectie lopen als een rode draad door de museumgeschiedenis. Een aantal distillateurs wilde het jenevererfgoed bewaren en richtte de Stichting Nationaal Gedistilleerd Museum op. Dankzij hun inspanningen en schenkingen uit eigen en andere jeneververzamelingen, kwam dat museum er ook. In 1966 vond het onderdak in de kelder van het Stedelijk Museum Schiedam, waar het tot 1996 te zien was. Helinium In 1958 werd de archeologische werkgroep 'Helinium', door onder meer Chris de Roo, opgericht. Omdat grote delen van de binnenstad van Schiedam in de jaren '60 en '70 werden gesloopt, verrichtte de werkgroep op die plaatsen archeologische opgravingen. Maar ook panden die gesloopt werden, onderzocht de werkgroep op mogelijke interessante historische voorwerpen of bouwelementen. De bodemvondsten en gevonden bouwfragmenten werden door Chris de Roo, inmid dels museummedewerker, aan de museumcollectie toegevoegd, zodat de collectie groeide. Maar lang niet altijd werd de herkomst of betekenis van voorwerpen genoteerd. Professionalisering Tot aan de renovatie van het museumgebouw in 2003 werd de historische collectie jaarlijks tentoongesteld. Deze presentaties stonden in de kelder, waar voorheen het Nationaal Gedistilleerd Museum was gevestigd. Na de renovatie werden er nog steeds jaarlijks historische tentoonstellingen samengesteld, vaak in samenwerking met het Gemeentearchief Schiedam, maar niet meer in het museumgebouw. Deze vonden plaats op locaties in de stad zoals in de Korenbeurs, de Stadswinkel, het Theater aan de Schie, het Jenevermuseum en de Grote of Sint Janskerk. Het verzamelbeleid werd in deze jaren aangescherpt: alleen objecten die relevant waren voor de geschiedenis van de stad werden verworven. Heel incidenteel kocht het museum voorwerpen aan. Het museum maakte op het vlak van beheer en behoud van de collectie, onder leiding van Christel Kordes, een professionaliseringsslag. De kennis die door gedreven mensen, zoals Chris de Roo en vele vrijwil ligers, was verzameld, werd professioneel geregistreerd en ontsloten in een collectieregistratiesysteem. De collectie telt inmiddels ruim 9000 voorwerpen. Galerie Paalman De Schiedammers ervaren het museum snel als iets elitairs. Eind jaren 1970 kreeg het museum en de toen malige directeur Hans Paalman vanuit de sociaalde mocratische hoek kritiek. 'Ik zie het gewoon als Galerie Paalman, voor een heel klein publiek met een hele eigen smaak', zo liet een rancuneuze ex-medewerker in 1980 optekenen in de krant.'1 In 1979 mondde deze kritiek al uit in een voorstel van twee PvdA-fractieleden om de hele kunstcollectie te verkopen ten bate van sociaal- culturele activiteiten. Dit voorstel werd door het Gemeentebestuur nooit in overweging genomen maar het veroorzaakte desalniettemin landelijk opschudding. Die geschiedenis leek zich te herhalen in 2015. Het Een ingerichte kuiperij in het Nederlands Gedistil leerd Museum in het souterrain van het Sint Jacobs- gasthuis, 1975. Gemeentearchief Schiedam, Beeld banknummer: 22324 (foto: onbekend). I) Kor Kegel, 'Oud-medewerker roert in de doofpot museum', Rotterdamsch Nieuwsblad, Schiedamsche courant 21 november 1980. 82 Scyedam jaargang 47 nr.2

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Scyedam | 2021 | | pagina 42