In en om de Cyemeen schap Kroniek van Schiedams leven Lijn.n OP een middag stonden we toen plotseling op de hoogste trede van de nieuwe staantribune van S.V.V. en keken uit over de Wilhelmina- haven. Zwaar lag een dichte damp over het water en omhulde alles met een grijze vacht, waaruit de rompen van de schepen als donkere vlekken naar voren kwamen. Zwaar floot er een voorbij varende boot op de rivier. Meer dichterbij, tegen de wallckant van de haven, lag een baggermolen driftig ratelend met zijn emmers het slib op te halen, om het in de lang zaam af en aanvarende bakken te laten vallen. Stil hebben we staan kijken naar dat herfstbeeld op het water, dat nooit anders, maar toch altijd weer zo nieuw is. Trager dan ooit gingen onze voeten even later weer terug naar de stad. In het Volkspark bescheen een late zon de voetballende jongens. ER was in de Septembermaand een oude en een nieuwe gemeenteraad. Het gezicht van de Raad veranderde er niet veel door, want slechts zeven raadsleden ruimden hun plaatsen. Er kwamen negen nieuwe gezichten bij, zodat onze raadszaal met 35 inwo- nenden, plus burgemeester, plus steno graaf, plus bode, nog wat kleiner werd. In de zaal liet niemand een lege plaats na, maar wel in de harten, want velen van hen zullen wij niet spoedig kun nen vergeten. Dat het afscheid van mevr. Bcnthem-dc Wilde de meeste aandacht had, kwam natuurlijk in de eerste plaats, omdat zij wethoudster was èn vrouw. Slechts weinig vrouwen in Nederland zullen ook kunnen zeg gen, dat zij 22 jaar de gemeenschap dienden als raadslid en vier jaar als wethoudster. Het was goed, dat de dank hiervoor zo duidelijk bij het afscheid door de burgemeester werd uitgesproken. zoek geleid van een groepje Schic- damsc vertegenwoordigers van cul turele en sportorganisaties. Zonder het uit te spreken hebben we geweten van de impasse, waarin de uitwisseling met de Lierenaren in het kader van de Benelux, geraakt was. Gelukkig is er een betere toon gehoord en wanneer de voortekenen niet bedriegen, zal er spoedig meer leven in de brouwerij komen. Als we aan beide zijden de goede wil maar kunnen opbrengen, sprak burgemeester Peek bij het af scheid in Lier. Voor Schiedam zijn we er niet bang voor. IN de Groene Amsterdammer schreef een Amsterdamse meneer niet zo erg lang geleden, met zoveel woorden dat het carillonspcl hem gestolen kon worden. Wanneer de toren ter rechterzijde van zijn huis zijn deuntjes had uitgebeierd, begon het carillon aan de andere kant nog eens opnieuw en als dan de beide buurtkerken geen klokkenmuziek meer gaven, dan was er altijd nog wel ergens in de verte een zingende toren. Die schrijvende meneer moet een onaangenaam mens zijn geweest, want wie kent er ver trouwder geluid in een oude stad dan het lied van het carillon. Hoog in de toren van de Grote Kerk hangt ons carillon en iedere keer, dat wij ergens in de stad de klingelende klokjes horen, staan we even stil en luisteren, zoals zovele geslachten voor ons in deze lage landen geluisterd hebben. Ons carillon moet vernieuwd worden, willen wij het niet verloren zien gaan en daarom vooral heeft het ons zo goed gedaan, dat enkele stadgenoten het initiatief hebben genomen, om als geschenk van de burgerij volgend jaar een nieuw carillon aan te bieden aan het gemeentebestuur. We zouden geen beter hebben geweten. EEN officieel bezoek heeft Schiedam aan Lier gebracht en het heeft de stoot gegeven tot een hernieuwd contact want behalve dat er veel bekeken is, is er ook veel gepraat en dat heeft dan tot een minder officieel, maar daarom niet minder vruchtbaar bc- MEN heeft ons verteld, dat Neder land het laagste sterftecijfer van de wereld had in de afgelopen maand. Het had nog lager kunnen zijn, wan neer de gevreesde tuberculose niet zozeer om zich heen greep. Reeds lang is men op alle mogelijke gebieden n6 Hoofdkantoor Sc h i e d a m Tuinlaan 10 kantoor Cooltingel 75 Rotterdam

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1949 | | pagina 12