8 De opkomst van de branderij-industrie in Schiedam was in oorsprong een gevolg van de voordelige protectionistische politiek van de graven van het Hollandse buis, die o.a. van Dordrecht een belangrij ke stapelplaats maakten. Immers, toen de handel op Engeland en overige Europese landen van de Hollanders goede ,,binnen-vaart"-schippers had gemaakt, was de sprong verder het zeegat uit zo moeilijk niet meer. Wij konden het tempo van de openlegging van de oceaan-vaart behoorlijk volgen en bleven zodoende sterke posities in het verkeer en de handel innemen. De bestaande havenplaatsen werden opslagplaatsen, bijv. van Franse wijnen. Belangrijke par tijen liepen schade op door zeewater en zouden verloren geweest zijn, als de Fransen geen methode gevonden had den om slechte wijn over te balen tot cognac of brandewijn. Elders vond met een methode om beschadigde partijen graan te laten vergisten en over te halen. Iedere stad had haar bierbrouwerijen, omdat het water uit de welputten niet zelden verontreinigd werd door ondergronds binnendringende vuiligheid uit de grachten en bier dus volksdrank was. Zo ontstonden in de stapel plaatsen de distilleerderijen. Oorspronkelijk is dit trafijk-bedrijf, d.w.z. men ver vaardigt halfmaterialen door veredeling en verhandelt deze door aan de eigenlijke verwerkers. Een eenzijdige handels activiteit dus, die op de stad baar stempel zal gaan drukken. Het bedrijf was niet kapitaal-intensief, benutte weinig arbeiders, vroeg geen scholing (langzamerhand wel erva ring) en moest dus attractief zijn voor een bevolking, die de malaise in de visserij niet te boven kon komen. Wel vonden de trafijkbedrijven in Schiedam nevenbe- drijven van de visserij, die zij goed konden benutten. De mmmn houtverwerkende industrieën Schiedam had een bloeien de scheepsbouw voor die tijd kregen weer volop werk met het kuipen van kleine vaten en de enorme grondvaten. Rotterdam weerde intussen de distilleerderijen uit de stad, o.a. daar varkens steeds in de buurt waren om zich aan de spoeling vet te vreten. Door beperkende be palingen kon Rotterdam de standing van havenplaats voor de belangrijke zeevaart-handel hoog houden, terwijl Schiedam via die plaats met retour-ladingen jenever voor de in Rotterdam binnenlopende graanschepen, de naam Schie dam over de gehele wereld bekend begon te maken. Hier dacht men „vieze varkens worden niet vet". Naast de trafijk-bedrijven had Schiedam ook de afwer kende industrieën gekregen. Zo drukte niet alleen de han del, maar ook de nijverheid een eenzijdig graan- en jenever stempel op de stad. Een bedrijf, dat zo gebonden was aan een eenzijdige handel en aan luxe moest van het wel en wee in de wereldhan del een fnuikende invloed ondergaan. De gemakkelijke be reiding van de jenever, gevoegd bij de belastbaarheid, die haar overal een dankbaar middel maakte om met de men selijke zwakte 's lands schatkist deugd te doen, plaatsten de jenever al spoedig op de lijst van zeer conjunctuur gevoelige producten. Schiedam heeft deze rubricering helaas al te vaak als onfeilbaar juist ervaren.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1950 | | pagina 8