ênmn h «lie oiiile stad U moet romantisch-Schiedammaar liever nooit gaan verheerlijken in de nabijheid van de man, die er nu nog woont: in een huisje met een lek dak, dat bijna van gammelheid in elkaar zakt en dat veel te klein is om er zijn vier kinderen en zijn vrouw in onder te brengen. U moet dat ook maar niet doen tegen de directeur van de Gemeentelijke Gezond heidsdienst of met de Wethouder van Sociale Zaken. Die u-eten namelijk wal meer van deze buurt en af en toe voelen die zelfs de neiging wel eens in zich opkomen deze oude boel eigenhandig te gaan slopen. En tenslotte moet u met „romantisch-Schiedam''' vooral niet aankomen bij de 'maatschappelijke werksters en de huisdokters die het in deze wijk opvallend druk hebben en die van dichtbij weten wal deze „romantiek" achter haar geschonden geveltjes bergt... 7 OOR do rost kunt u, wanneer de kaarten een beetje gelukkig lig gen, tegen die en gene wel eens een opmerking maken, die in de rich ting van de romantiek terecht komt. Maar het beste is het toch, even te wachten, tot de ander er met veel enthousiasme zélf over begint. Denkt u te doen te hebben met een toerist of een niet-Schiedammer die er al een keer met een geïnteresseerd gezicht door heen gewandeld is en weet u absoluut zeker, dat zijn uitlatingen geen bittere grap zijn, dan.. kunt u alle terughou ding laten varen en romanticus die u bent een loflied aanheffen over Schiedam's oude binnenstad. Met een nooit te overdadig gebruik van de woorden „schoonheid", „ver leden", „schilderachtig" en „histo risch" kunt u vervolgens vertellen van het genot, dat het u telkens weer geeft, te kunnen dwalen „Achter de Teerstoof" en over „De Verbrande Erven" en door het oude „Hofje van Belois". En ook, hoe ge met een gevoel dat tijd noch plaats meer kent, kunt opkijken naar een serie verbrokkelde zadelgeveltjes, die zo'n drie tot vier honderd jaar geleden door onze voor vaderen moeten zijn omhooggemet- seld. Ge zult u dan tevens herinneren, hoe ge telkens weer met een gezicht van innig welbehagen de rook kunt opsnuiven, die op natte dagen uit de zwartberookte en afgevreten schoor steentjes naar beneden slaat, hoe ge met een gezicht als ware het he melse muziek kunt luisteren naar het gorgelen der goten en hoe ge met een prettige huivering kunt terug denken aan de doodsbeenderen die men gevonden heeft aan de Zijlstraat, op de plaats, waar in de grijze Middel eeuwen een machtig klooster stond... EEN FEEST Zijt ge dus die akelige realisten ontlo pen en hebt ge uw maat, de romanticus, ontmoet, dan kan zo'n rondgang door de oude buurten een „feest" worden. Vooral op Novemberdagen, wanneer loodgrijze wolken in flarden langs de hemel jagen, verweerde baksteen muren glibberig glanzen in de scheme ring, het hemelwater langs groenge- worden stukken steen van de daken komt zetten en ergens op een winde rige hoek een gaslantaarn zijn schaarse schijnsel over de ongelijke straat werpt. Ja, op zo'n dag moogt ge vooral niet verzuimen uw schreden te richten naar de Noordvest; die verzamelplaats van gesloten en vergeten branderijen. Waar een half vergane en twee half gesloopte walmolens hun donkere stompen ten hemel heffen, treurend over hun lot en smekend, de een of andere dag met de grond gelijk ge maakt te mogen worden. Liever, dan hier nog langer als overbodige ver minkten zichzelf te zien weerspiegeld in het zwarte water van de Noord- vestgracht. Ja...., dit is een buurt, waar de ro manticus met volle teugen kan genie ten. Want niet, zoals de realisten, heeft hij te kampen met een nuchter gevoel voor de werkelijkheid, dat zich ook uitstrekt tot de dingen van het verleden. En niet, zoals deze, houdt hij er rekening mee, dat deze oude kroch ten eigenlijk allemaal al lang onbewoon baar verklaard hadden moeten zijn en gesloopt. Evenmin wil hij het verleden zien zoals het was: Hoe eens in deze veel te kleine kotjes de Schiedamse gewone man met zijn talrijk kroost zijn levensdagen sleet. Ook denkt hij er niet aan, hoe in deze afschuwelijke branderijen de mannen en kinderen zwoegden van de vroege morgen tot de late avond; slachtoffers van een te snelle industrialisatie. Maatschap pelijke verschoppelingen, die in de schaarse vrije uren die hun 's Zondags gelaten werden, ook nog de dupe wer- 82

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1950 | | pagina 6