I vinden van het oude Schiedamse Rede rijkersspel de Valentijnsdag ieder jaar in Schiedam gevierd wilde zien. Het plannen maken zat hem in het bloed, zoals het reeds lang door ons ver geten griepvirus in het bloed van onze primitieve voorzaten huisde. Maar dit was geen belemmering voor zijn wils kracht en dadendrang, zoals u zult zien, want Zo ging het verder. Ik zie nu dezelfde man in een direc tiekeet staan. Hij is wat ouder gewor den, maar dezelfde vastberadenheid paart trouw aan energie in zijn ogen. Door het raam van de keet, zie ik een afzichtelijke verzameling karkassen van huizen staan. Ik kan mij tenauwer- nood oriënteren. Hé, wacht eens even Is dat de ruïne van Mathenesse niet? Die staat er dus nog. Maar het is ook het enige wat er nog staat, want zover ik kan kijken is de zaak tegen de vlakte gegooid. Kon ik nu maar zien of de Grote Kerk aan dit slopers-orgie ontsnapt is. Wel, dat is vriendelijk van de repor ter. Hij haalt even de omgeving van de Kerkstraat voor het doek. Dank u! Gelukkig, de Grote Kerk staat er ook nog. Eenzaam en verlaten op een onafzienbare hoogvlakte van gesloopte huizen. Een kolossaal bord is boven de puinhopen geplant: „Dit is pas werken!" en onder in de rechter hoek met veel kleinere letters: Officiële Publicatie van Gemeente Werken. Er stappen een groot aantal heren rond met plannen. Als ik goed tel, zijn het er een en vijftig. Het lijken wel prijsvraag-enthousiasten, deelnemers aan een stadhuisbouw-pool. Waar blijft nu die radio-reporter met zijn commentaar. Die lui kunnen er al net zo min wat van als die in deze tijd. Nog steeds de 180 oude kwaal. Als het interessant begint te worden, schakelen ze over. Hoor, daar is hij weer: „De oude stad tverd aanvankelijk voor andere doeleinden geslecht, maar de jaarlijkse vacantieiveken hadden in Schiedam zo'n golf van volksontroering losgeslagen, dat de nabuursteden Vlaar- dingen, Rotterdam, Delft, den Haag, Dordrecht en Gouda er door overspoeld teerden. Deze steden zonden afvaardi gingen met de bede in de Schiedamse stedelijke gemeenschap te worden opge nomen, desnoods zonder tvijkraden. Enkele Schiedamse raadsleden waren toen nog tegen: We hebben al genoeg Kermis hier. Hun principiële minderheid kon ech ter de progressieve pret der Gedeputeerde Staten niet drukken, zodat vijfjaar na de goedkeuring der diverse raadsbesluiten de toestemming van G.S. voor Zuid- Holland Midden en Zuid afkwam om de ere-naam Schiedam aan te nemen. Het gemeentebestuur van Schiedam, vanouds gewend mobiel en provisorisch gehuisvest te zijn, streek om de paar weken in een andere stad neer om er huis te houden. Het wissel-rooster werd in een gezamenlijke vergadering der ge- fusionneerde gemeenteraden vastgesteld. Toen eerst bleek van hoeveel belang het steeds is geiveest, dat Schiedam een historische vaardigheid heeft verkregen in het aanvaarden van halve oplossingen. Dank zij de improvisatiekunst werd het rooster steeds op de week af stipt uitge voerd. Dat dit belangrijke ivinst was voor de onderhorige gemeenten, is duidelijk. Geen ellende met tvijkraden en een lopende administratie. Omdat het gehele gebied Midden en Zuid Zuid-Holland toch voortaan Schie dam heette en er geen dreiging meer be stond, dat deze naam uit de wereldlitte ratuur zou verdwijnen, sloopte men de oude stad en maakte hier een enorm feestterrein, plaats biedend aan vier honderdduizend feestgangers. Momen teel overweegt men ook een deel van Vlaardinger Ambacht hierbij te trekken, want het is reeds lang te klein gebleken. Het is op het feestterrein, dat wij ons momenteel bevinden." Het beeld zwenkt nu naar een po dium, waar ik een heer zie staan in een soort ministersgewaad. Uit de tijd van de Ministerscrisis in de jaren 1880. Een steek en een nogal strakke panta lon. Oh, nu zie ik het aan de ambts keten om de hals. Dit moet de burge meester zijn. Waarom schakelt de reporter niet over naar de microfoon op het podium. Nu weet ik niet of dit feest een schone of zonder meer een mooie gedachte is. Geen overschakeling. Een of andere onbelangrijke aankondiging: „Luisteraars, Deze uitzending wordt u aangeboden door de gezamenlijke Schiedamse distil lateurs, die hiermee het feit willen her denken, dat zij 25 jaar geleden water in de wijn deden en gezamenlijk iets voor Schiedam tot stand brachten door de Flat op het Koemarktplein aan te kopen en het gebouiv in te richten tot proef lokaal. Aangesloten zijn de zenders van het Protectoraat Unöx, de vroegere U.S.S.R, alle geheime amateurzenders in Vlaan deren en Twente, de door Radio Luxem burg opgeslorpte Amerikaanse commer ciële zenders en de vier zuilen omroepen van geheel Europa, dat ten lange leste heeft ingezien, dat een omroep op één zuil niet kan leven. Maar ivat gaat daar gebeuren Een daverend gebrul stijgt uit de menigte op. Misschien, dat u beter kunt zien, wat er aan de hand is dan ik, tvant de Schiedammers staan mij voor de neus. Dit is een van die verrukkelijke gewoon ten, die de stad niet afgeleerd heeft." Ja, ik kan het zien. Voor de ruïne van Mathenesse heeft zich een klein groepje mensen verzameld in J5e eeuwse kleding of wat daarvoor bij de kledingverhuurder doorgaat. Maar dat kan niet Dat is te gek. Ze voeren toch het spul van Joncker Frans niet op? Ja hoor, er staat er een met nauwe lijks hoorbare stem te roepen: „Een groot vlot schepen, 't gethij verwachten voor vijff sluijsen geanckert, dies mijn sinnen verflouwen".

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1951 | | pagina 12