MEEMWAARS VAN
na es
geworden, die met de uitbundigheid
van een nieuwe gaskachel een eskimo-
igloo staat te ontdooien.
Door de sterke mechanisering van
de arbeid is het aantal werknemers in
de glasindustrie veel kleiner geworden,
maar de mogelijkheid om vooruit te
komen, is groter. Hoezeer alles voor
de buitenstaander routine-arbeid mag
lijken; er komt een grote mate van
ervaring kijken bij de bediening van
de machines en voor iemand, die meer
wil worden dan flessen-aanpakker be
staat er kans genoeg om zich via de
verschillende trappen de zo uitermate
belangrijke positie van machinist te
verwerven. Er lopen er in het bedrijf
verscheidenen rond, die als ongeschool
de kracht kwamen, maar die kijk op
de fabricage bleken te hebben. Men
heeft de mensen, opgekomen uit eigen
rangen, graag.
Sinds het ogenblik, dat ons van dc
Amerikaanse reclames de verlokkend-
ste schoonheden aanstaren met een
flesje in de handen, is het niet on
fatsoenlijk meer om zo maar uit de
fles te drinken. Maar de flesjes zijn
er dan ook naar geworden. Terwijl aan
de ene kant gesmeekt wordt om ratio
nalisatie, normalisatie en vereenvou
diging van de productie-methoden,
stijgt bij de fabrikanten de vraag naar
bijzondere, aantrekkelijke en geheel
eigen modellen, omdat de flesjes op
zich verkoopswaarde hebben gekregen.
Een bijzondere afdeling van de glas
fabrieken is dan ook de ontwerp-
kamer, waar nieuwe modellen worden
ontworpen. Belangrijk, omdat weer
in navolging van Amerika de in
dustriële vormgeving beschouwd wordt
als een van de nieuwe takken van de
kunstnijverheid, die aan de dagelijkse
gebruiksvoorwerpen een aangename,
nuttige en verantwoorde vorm wil
geven.
Nauw hierbij betrokken is natuur
lijk de eigen werkplaats, waar de mal
len gemaakt worden, want na de teke
ning van het ontwerp zijn de vormen
de belangrijkste stap op de weg naar
het flesje, dat dan (nog!) geen aan
spraak mag maken op een plaats in
de tentoonstelling „Feest van Glas",
maar dat voor honderdduizenden dor
stige dagjes-mensen, sportlieden, ar
beiders en automobilisten een droge
keel met even veel hartelijkheid kan
verkwikken als een Roemer, een Fluit,
een glas „a la fagon de Venise" of
een Gildeglas dit doen, gevuld met
Bourgogne, Champagne of een echte
Schiedamse oude klare.
Uit het „mus" vertaald door Sebastiaan
Jan en ik zijn samen naar het con
cert geweest in de Stadhouderslaan.
Daar uaren alle kikker-corpsen van de
stad bijeengekomen voor een blaas-
concours. Zij hadden allemaal hun
beste uniformen aan: zivart-groene jas
sen met strak om de kuiten gespannen
rijbroeken. Er u aren verschillende prij
zen uitgeloofd: een voor dynamiek dat
is uie het hardste kon kwakeneen
voor techniek (u ie de grootste bellen kon
blazen), een voor voordracht wie er
het best met zijn ogen bij kon rollen)
en een voor zuiverheid van toon, maar
die prijs is vervallen, omdat de kikkers
dat zelf larie vonden. Het tvas een
ontstellend mooi geluid. Vooral van de
bassen. Dat waren heel oude, heel dikke
kikkers, die blazen kondgn opzetten als
luchtballonnen. Ze bliezen echt met ge
voel. „Je kan goed merken, dat ze er
hun ziel in leggenzei Jan, „moet je
horen!'''' Het ivas helemaal niet nodig
dat hij zei „moet je horen", want als die
bassen bij het Julianapark begonnen
kon je aan de Willemska noot voor
noot verstaan.
Er was veel belangstelling voor die
kikvorsen, vooral van de zijde der
reigers
Later lazen we in de krant, dat
O(nze) B(este) K(u akers) de eerste prijs
gewonnen hadden. Zij hebben hun naam
dus wel eer aan gedaan.
Toen we thuis kwamen wachtte ons
een blijde verrassing: drie dochters
waren uit hun ei gekropen.... drie
schattige mussen-babiesJan begon on
middellijk een aanvraag voor kinder
bijslag in te vullen, er kwam een sijs
over studieverzekering tsjilpen. Opa
Kwetter beloofde spaarbankboekjes en
Mamma Mos zal truitjes breien.
Koosje, Piet en Stinkie hebben we
ons drietal genoemd. Stinkie heet de
jongste, omdat we dat ei waar ze uit
gekomen is van het begin af niet erg
vertrouwd hebben
Het is een hele drukte in huis....
Jan en ik hebben geen tijd dat we even
zittenaan één stuk door gaan die
snaveltjes open om „HONGER" te
piepenHet lijkt wel of ze van
binnen helemaal hol zijn
Gelukkig heeft de vader van Jan
aandelen in een paardenstal, anders zou
ik echt niet weten waar we al het eten
vandaan moesten halen.