Feesr vafi qlas
Ondanks lekke banden
een lofrede op breekbare schoonheid
De etser
11 EEST van glas! Suggereert Copier
1 als naam voor de grote tentoon
stelling, welke in het Stedelijk
Museum zal worden gehouden. De
man, die Leerdam tot een artistiek
begrip maakte, heeft de heren van
de Schiedamse Gemeenschap een kost
bare tip gegeven.
„Feest van Glas", zal het zijn.
Heeft Copier de naam gekozen, om
dat ieder feest te kort van levensduur
is voor al diegenen, die ervan genoten?
Denkt hij misschien aan de kater,
die op het feest volgtaan de ochtend,
na de daverende avond als met de
mokerslagen van nawerkende koppige
Franse wijn de kostbare schrijn van
het beleven tot de scherven van onze
herinneringen worden geslagen?
Hoe kan hij van „Feest" spreken,
wie de broosheid van het Glas zo
vaak iets verteld moet hebben over de
breekbare vergankelijkheid van zijn
naam als kunstenaar, als ontwerper
van de schoonste vormen, welke uit
een blaaspijp te voorschijn kunnen
worden getoverd?
Ja, een feest van glas, mag hij het
noemen.
Geen Bacchanaal, waarin de schep
pende wellust zich uitleeft in een on
gebreidelde artistieke vruchtbaarheid.
Nee, een titanen-strijd in de vulkaan
van arbeidshitte, -waarin de elementen
slechts door de volmaaktste ambachte
lijke beheersing worden overweldigd.
Zelfs niet overweldigd, want er is
overwinnaar noch overw onnene. Hier
legt het materiaal zijn tegenstander
de enge grenzen van zijn wezen op en
alleen de groot-meester komt zege
vierend uit dit krijt, in de wetenschap
uiteindelijk toch niet meer dan de wil
van het glas te hebben gedaan. Van
het glas, dat slechts in de zindering
van lava-vuur door een behendig ge
voerde blaasstok en uiterst snelle
grepen tot enige inschikkelijkheid te
brengen is.
Vandaar, dat het meesterschap van
de ontwerper daar het grootst is, waar
men zou zeggen, dat het glas zijn eigen
vorm gekozen had; waar het geheel
„Au.Glas.zegt Meneer Xterwijl hij, zijn bebloede vingers likkend,
verwoede pogingen opgeeft om een door de Zuid-Wester verbrijzelde ruit uit de
sponningen te rukken.
„Weer een glas.merkt Mevrouw X hatelijk op, als meneer vijf minuten
later bij de vatenwas per ongeluk door de getoonde vingers, of expres in de ijdele
hoop verlost te worden van de baan mevrouw weet: met opzet) de laatste tumbler
van het huwelijksgeschenk van Tante Eugenie uit de glazendoek laat glippen op
de granieten keukenvloer.
„Dat verdomde glas", vloekt Gerrit, de wegkampioen, die zijn zesde achterstand
op het peloton moet inlopen, omdat hij voor de evenveelste maal op een scherf melk
fles is gestoten met voor de band fatale gevolgen.