Groeiende Rijkdom
schilderij „Molen in Schieland" uit 1873, een werk dat
één van de hoogtepunten van de verzameling van het mu
seum Boymans uitmaakt.
Zou dit het geval zijn dan is deze aquarel in de directe
omgeving van Schiedam ontstaan en heeft dus naast haar
grote aesthetische ook nog topografische waarde voor onzo
stedelijke verzameling.
Met een flitsend fel genoteerde tekening „Storm over
het water" van Jan Toorop de ganse bewogenheid
der elementen wind en water in een schetsboekblad ter
grootte van een hand, fixerend - staat de grote krijt
tekening van Wim Schuhmacher, op Mallorca ontstaan,
als uiting hier wel lijnrecht tegenover.
Zij is poëtisch; elk onderdeel krijgt zijn verdroomde
plaats. De kleine greinachtige streepjes zijn tastend ge
plaatst, de werkwijze is haast angstig te noemen.
In het begin van dit jaar werd het practisch ontbreken
van enig beeldhouwwerk in onze verzameling als een
ernstig hiaat gevoeld. Dank zij o.m. de sympathieke geste
van de Schiedamse Gemeenschap kwam het Museum in
het bezit van een plastiekje van de jong gestorven beeld
houwer Charles van Wijk „Moeder met kind" voor
stellend.
Deze schoonzoon van Willem Maris gebruikte, als echt
kind van zijn tijd, de klei om vluchtige schilderachtige
figuren te boetseren, de vormen hebben niet de klassieke
gebondenheid maar zijn op het picturale ingesteld.
De fijne observatie van de innigheid van het jonge
moedertje met haar spartelende baby op schoot een
voorstelling die aan een geboetseerde Albert Neuhuys
loet denken maakt de grote bekoring van dit beeldje uit.
Van grote monumentaliteit en voornaamheid in houding
getuigt het als een Grieks Tanagra beeldje aandoend
plastiekje van Cephas Stauthamer.
Toen, na genoemde schenkingen, daarenboven een be
kend stadgenoot onze verzameling verrijkte met nog 2
beeldhouwwerkjes o.a. een terracotta kinderkopje van
J. Mooy zal het binnenkort mogelijk zijn in het Museum
een vitrine met kleinplastick in te richten.
Deze bescheiden aanwijzingen over onze aanwinsten
kunnen alleen maar dienen om het zelf gaan zien te stimuleren.
Is het niet zo dat de grote bekoring van kunstwerken
datgene is wat niet met woorden is te vatten. „Voulez-
vous bien me le dire," antwoordde Odilon Redon eens op
een vraag wat hij met een bepaalde lithographie be
doelde. Een onbevangen openstaan voor het geheim „het
levende musicaal iets" vindt duizendvoudige beloning.
in zichzelf. Als wij in deze na-herfsttijd de oogst bezien dan
is er een groeiend vertrouwen, hoop, verwachting en een
zich uitbreidend cultuurbezit. Er is groeiende rijkdom
D. SCHWAGERMANN
rj^USSEN de triestheid van de regendagen, verschijnt
de zon soms plotseling tussen de nevels en maakt van
onze stad één ragfijne tintelende schoonheid.
De zomer, Augustus en met haar de vacantieweek, is
reeds lang verleden. Herinneringen aan sierlijk snel op
de „pointes" ronddraaiende voeten, van pret tintelende
kinderogen, een weemoedig grauwtje bij een kermisspul,
poffertjeslucht en vuurwerkillusie, resten. Na maanden
van intensieve inspanning presenteerde de herfst zich te
direct, te onaangekondigd.
Herfsttijd betekent oogsttijd. De oogst van duizenden
bezoekers aan de tentoonstelling „Onze Woning" stemt
tot tevredenheid. Meer nog nu samenwerking tussen vele
groepen in de practijk werd getoetst en mogelijk bleek.
„Cultuur kan alleen groeien bij verwachting
heeft de grote Franse beeldhouwer Rodin eens gezegd.
Ja, er is een groeiend vertrouwen voor de toekomst, er is
hoop en verwachting.
Deze verwachting werd de laatste maanden niet be
schaamd.
Koninklijk was de schenking aan het Museum van ruim
60 etsen, waaronder die van de Zwart, Karsen, Tholen,
Israëls, Schotel, Derkinderen en vele anderen.
Naast aquarellen van Hoynck van Papendrecht en ten
Kate is die van J. H. Weissenbruch, een „Molen in een
polderlandschap" voorstellend, wel de fraaiste!
Mogelijk dienden motieven hieruit tot Weissenbruch's
„Moeder en kind" van Charles van Wijk