DITDATen nog wat J MEEMWAARS VAN 18 TAe chloorsmaakwas nog maar nauwelijks -^van het water af, of wij hadden in Schiedam alweer reden om het water een eerste plaats in de gesprekken te geven, vóór Berlijn en alles wat verder maar met buitenlandse politiek te maken heeft. Al wéér was er een adres aan de Kroon in de maak, er gingen brieven naar het gemeen tebestuur en er kwamen zelfs protestver gaderingen met een politiek bijsmaakje, 't Draaide allemaal om de inning van het watergeld, welke taak door de gemeente kortgeleden van de huiseigenaren werd overgenomen. Voor B. en W. waren er nog meer zorgen dan de regeling van de water- geld-inning alleen. Uit de Vlaardingse ge meenteraad-overzichten moest worden gedistilleerd, dat men in de buurstad niet zo bar tevreden is met het Schiedamse be leid wat betreft de brugverbinding bij Vijfsluizen. Vlaardingen wil graag op korte termijn een nieuwe (brede) brug, ook al in verband met de tunnelplannen bij de spoorwegovergang Vlaardingen- Oost, terwijl Schiedam binnen z'n grenzen genoeg brugverbindingen te realiseren heeft die voor de eigen behoefte dringen der nodig zijn. TAE propaganda voor een instituut als de B.B. valt waarlijk niet mee. Onder het motto „Beter een B.B. zonder oorlog dan een oorlog zonder B.B." is men ge start, daar met wat meer succes, hier met wat minder. Omdat persoonlijk contact de beste propaganda kan opleveren, is de B.B. in onze stad begonnen met een huisbezoek-actie teneinde op deze wijze de ledenkring uit te breiden. De Gerefor meerde predikant ds W. A. Krijger deed ook aan huisbezoek, toen hij aan de Buitenhavenweg plotseling voor een taak kwam te staan, die eigenlijk aan de brand weer behoort: het blussen van een brand. Onze dominee deed echter prachtig een manswerk met uitstekend resultaat. Hoe men aan de overzijde van de rivier, op de B.P.M.-terreinen te Pernis, moeite had met de vuurzee die daar na het ontploffen van enkele olietanks ontstond, kon zelfs vanuit Schiedam worden gadegeslagen. Langs de Vlaardingerdijk en aan de Maaskant bij de villa van Wilton was het in de avonduren een drukte, die de Am sterdamse Kalverstraat niet zou misstaan. W/IJ weten dan weer wat er voor de periode van 1954-1956 in Schiedam te bouwen valt: 762 woningen de mo gelijkheid om 90 woningen te bouwen voor spiksplinternieuwe Schiedammers, die hier hun werkkring vinden maar tot dusver ergens anders hun woonplaats hebben, 't Is allemaal bij elkaar niet teveel en er zullen dan ook in Den Haag nog wel heel wat woorden over gesproken worden. Een schrale troost blijft het van B. en W. te horen dat de 115 woningen die tussen Emmaplantsoen en Marconiplein voor de stadhuisbouw moeten verdwijnen mét eventuele vervanging van te slopen krotwoningen buiten dit bouwcontingent vallen. Voor een wat optimistischer beeld moeten wij naar Kethel, waar oud-wet houder van der Kraan zich voor het eerst na zijn- aftreden weer als bouwer laat zien. Er was uit officiële kring heel wat belangstelling, toen daar de eerste paal voor 56 vrije woningen de grond in ging. Ze komen te staan aan de rand van het tuindorp Kethel met vrij uitzicht op het komende zwembad. Er zijn blijkbaar nog meer plannen met zelfs bungalow-bouw, een aspect, dat in deze omgeving, in de onmiddellijke nabijheid van het nieuwe bospark, zeker op zijn plaats is. TAE biljarters hebben hun jaarlijkse Vierspelenkamp weer achter de rug. Alweer was het politieman J. A. van Duyl, die met de wisselprijs naar huis ging. Van Duyl dus een zilveren biljart, de verkoopstertjes van de „Hema" een zilveren wimpel omdat zij in het kader van hun bedrijf de beste figuur sloegen. Dit laatste heeft A. A. Mercier heel wat jaartjes gedaan als muzikant bij het Leger des Heils. De Leger-kapel ontbrak dan ook niet toen de heer Mercier dezer dagen zijn tachtigste verjaardag vierde. De firma Pompfontijne werd een kwart eeuw oud en verloochende z'n sympathie voor een instituut als de C.A.B. niet. Inplaats van bloemen bij de receptie was er een dankbare C.A.B.-rekening, waarop niet minder dan f 1.100,werd bijge schreven. Het zilveren jubileum van het Uit het „Mus" vertaald door Sebastiaan Eens in de maand vlieg ik de kamer van mijnheer Sebastiaan binnen en ga met de pootjes over elkaar op de rand van zijn schrijfmachien zitten. Mijnheer Sebastiaan zet dan een bakje overheerlijke hennepzaadjes voor me neer en ik vertel hem wat ik zoal beleefd heb de laatste tijd. Deze keer echter zag ik de schrijf machien nergens staan en de hennep zaadjes nog veel minder. „Nou moe sjilpte ik. „Sorry, Wiel zei mijnheer Sebas tiaan, „we zitten een beetje in de rommel, mus." „Aan de schoonmaak zeker?" ver onderstelde ik. „Ach nee, véél erger.we gaan verhuizen." „Is het werkelijk?" vroeg ik „hoe komt dat zo?" „Wel," zei hij. „Een dame uit de Franfois Haverschmidtlaan wilde naar Dordt, de mensen uit Dordt zouden naar Groningen vertrekken en die uit Gro ningen hadden smul op een huisje in Rotterdam-Zuid; die Rotter dam- Zuide- lingen nu, komen hier, op mijn zolder tjeheb je het kunnen volgen?" „Nee," zei 'ik, „Maar waar blijft mijn versnapering?" „Mogen het vandaag een paar kaas korstjes zijn?" vroeg hij bedeesd. „Kaaskorsies?" kwetterde ik veront waardigd. „De bus met hennep zit al in de kist?' verontschuldigde hij zich. „Nou, haal em der dan effe uit," vond ik. Dat zou ik wel willen" smoesde hij, „maar dan moet ik er eerst het koffie- servies uithalen, de overgordijnen voor de slaapkamer en twaalf delen vader Cats, de broodtrommel, het peper- en zoutstelletje en veertien badhanddoeken." „Nou wat zou dat? Haal op," com mandeerde ik. „Doe me nou een lol, zeg mus!" smeekte hij. „Niks," deed ik ijzig.... „Geen hennep, geen meemwaars." Vandaar dat er deze maand niet door Wietje gekwetterd is.!

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1954 | | pagina 18