V.V.V. EA iHMDDElVSTAAD 13 ■welsprekendheid steeds zeker kon zijn van een grote belangstelling en van een voldoende kooplust bij de beursmeneren. Iedere werkdag tussen één en twee uur beleefde Schiedam zijn hoogtepunt van nijvere stad, zij het dan dat deze bedrijvig heid ook dan nog de kalme gelijkmatigheid bewaarde, die het ganse leven in die dagen kenmerkte. Iedereen kende er iedereen. Vóórdat de klok van de Grote Kerk de slag van één liet horen, preludeerde men op het zakendoen binnen Mercurius' tempel door een gemoedelijk praatje over de dingen van de dag op de trappen van het gebouw en dacht er niet over, er binnen te gaan, vóór de beursbengel zweeg. Omdat er veel dragers waren van een zelfde familienaam Beukers, Jansen, Nolet, Meyer, Zoetmulder werden ter onderscheiding bijnamen gebruikt, maar nog meer de voorletters van hun eigen namen zonder meer. Men wist ogenblik kelijk wie bedoeld was met C. A., W. A. of I. J. T. (spreek uit: Ijetee), dat waren alle maal leden van het geslacht Beukers en wie met A. C. A., Jan-Koos en de Zure Janus (dat waren Noletten). De laatste had deze bijnaam te danken aan het feit, dat hij azijnmaker was. Deze familiariteit typeert de gemoede lijkheid in de maatschappelijke omgang, waarbij standsverschillen geen al te groot gewicht in de schaal legden. Zij wordt ook verklaard door het feit, dat in de zogenaam de betere kringen en dat gold vooral voor de katholieke veel bloedverwant schap bestond en er straf geneefd en ge- nicht werd tot in de derde en vierde graad. Het bevorderde natuurlijk het besef van saamhorigheid, doch het verengde ook de gezichtskring en had een conservatief ma kende invloed op het toch al kleinsteedse karakter van het gezelschapsleven van die dagen. HANDELS-HUMOR levendige spanning in de anders zo even wichtige rustige houding van de brander. Overigens had ook de traditie op de beurs haar medezeggenschap. De voorname bran ders en distillateurs hadden hun vaste plaats onder de „bogen", het verhoogde carré, dat het middengedeelte van het gebouw omgaf. In het parterre bewoog zich de beweeglijke kern der zakenlieden: de minder geposeerde jeneverstokers, de ma kelaars en commissionnairs, de tussenhan delaars, af-en-aan gaande om orders uit te voeren of te ontvangen. Het was dan een druk loven en bieden. Zoals overal ter wereld hing ook hier de prijs (van de moutwijn) af van vraag en aanbod. Doch de Schiedamse beurs had een zwakke stee, die incidenteel samenhing met de financiële positie van de kleine brander, die maar al te vaak gedwongen was zijn liquide voorraad in de branderij te verkopen om aan liquide middelen in zijn kas te geraken. Het is wel heel merkwaardig, dat de Schiedamse branders, wier belangen toch zo volkomen parallel gingen en die deze ook in de „Spoelingvereniging" en in hun gistvcnnootschappen zoveel mogelijk ge zamenlijk behartigden, nooit hebben kunnen komen tot een onderlinge prij zenafspraak, waar het hun hoofdproduct, de moutwijn, betrof, waardoor zij de markt beter in de hand hadden kunnen houden. Ik meen, dat daartoe wel eens pogingen zijn aangewend, doch dan is het toch nooit verder gekomen dan tot een schuchtere, weifelende aanloop. Maar al te gemakkelijk werden nu de zwakke broëders door make laar en commissionnair tegen de sterke uitgespeeld, teneinde hun opdrachtgevers, de distillateurs, tegen de laagst te bedingen prijs aan moutwijn te helpen. En naarmate de spiritus het Schiedamse product in de distilleerderijen verdrong en de concurren tiestrijd voor de kleine brander moeilijker werd, begon de Schiedamse Beurs haar betekenis te verliezen en werden de dagen talrijker, dat men van een ongeanimeerde stemming moest spreken, om een geijkte term te gebruiken. Het aantal malen, dat de grote distil lateurs met belangrijke orders van zestig en meer stukken moutwijn aan de markt kwamen, hetgeen de beurs soms zelfs een koortsachtig aanzien gaf, werd schaarser en zo sleepte deze instelling, die in voor spoedige dagen haar glorieus gebouw gekregen had, zich naar het einde. De Schiedamse Beurs werd een museumstuk om tenslotte haar bestemming als museum te vinden. NIET RENDABEL Men kan echter eigenlijk wel zeggen, dat, reeds lang vóór de sluiting van de Schie damse moutwijn-beurs, het pompeuze ge bouw grotere betekenis bezat als historisch monument dan als practisch bezit. Het gebruik van één uur per dag kon zijn be staan niet rechtvaardigen. Blijkbaar is het gemeentebestuur nooit op het denk beeld gekomen, het gebouw zo in te richten, dat het ook nog op een andere manier rendabel te maken was. Eertijds was in een kleine localiteit met ingang aan de Dam het telegraaf- en telefoonkantoor ingericht en werden de bovenlokalen enige uren in de week gebruikt als muziekschool en een ander voor onderricht in handen arbeid, maar men kan dat nauwelijks een gebruikmaking noemen in overeenstemming met de allure van het gebouw. Men kan er vrede mee hebben, dat de Beurs niet langer doelloos zal staan in het beeld van de oude, zo fraaie en merkwaar dige stad, maar wie haar nog gekend heeft als het levende, kloppende hart van het Schiedamse bedrijf kan niet zonder wee moed aanvaarden, dat er voortaan de stilte van een mausoleum zal heersen A. J. ZOETMULDER. Intussen spreekt het vanzelf, dat ook de scheidingslijnen niet ontbraken, ver- oorzaakt door godsdienstige en politieke f tegenstellingen. Doch de scherpe kanten van deze tegenstellingen kwamen zelden naar vorener heerste een niet geringe on derlinge verdraagzaamheid in Schiedam en ik durf dit toe te schrijven aan het dage lijkse beurscontact tussen de verschillende groepen uit de burgerij van de jeneverstad. Want daar vielen alle scheidingslijnen weg, daar bewogen zich alle bezoekers onge dwongen onder elkander, daar werd niet alleen gehandeld, gemarchandeerd en over zaken gesproken, daar werd ook gelachen en geschertst, een goede grap deed er op gang en het kwam zelfs wel voor, dat kwa jongensachtig met maïskorrels geschoten werd naar de stijve bolhoeden van heren branders, die zich goed leenden voor mikpunt, zonder dat de getroffenen er zich beledigd of wat dan ook door voelden. Tussen één en twee omsloten de beurs- muren de Schiedammers als één grote familie, dan roezemoesde het onder het glazen dak van het vele en luide gepraat door talrijke monden, dan voer er iets van Straks wordt de „INHABÉ" gehouden. Hiermede ontplooit de middenstand een lofwaardige acti viteit, die aller waardering verdient en hopelijk met succes wordt be kroond. Immershet is nodig, dat de Schiedamse middenstand bij voort during de aandacht vestigt op de vele mogelijkheden, die de eigen stad biedt, nu onze grote nabuur Rotterdam met zijn talrijke en on getwijfeld vaak indrukwekkende win kelcentra de belangstelling op zich gericht houdt. De middenstand is verlegemvoor- digd in het bestuur van de V.V.V. Hiermede wordt reeds tot uitdruk king gebrachtdat de V.V.V. ook ten aanzien van de middenstand een activerende taak heeft. Omge keerd kan de middenstand door het V. V. V.-werk metterdaad te steunen ongetwijfeld in belang rijke mate voldoen aan devoorwaarde tol ontplooiing van die Schiedamse activiteiten, welke direct en indirect de middenstand gunstig beïnvloeden. Moderne Middenstanders steunen het werk der V. V. V. De V. V. V. helpt hen, zij helpen de V.V.V.!

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1955 | | pagina 13