Goof Smit
Mag ik het nou nog eens één keertje proberen? Om „van
leek tot leek" over abstracte schilderijen te praten? Want
je wilt het dan toch eigenlijk wel eens weten: Is dit „nep"
of zit er méér achter.
Laten we met muziek beginnen: stel u voor, een pianist
zit achter zijn vleugel en rommelt met zijn gevoelige vingers
over de toetsen. Zomaar, zonder aan een bepaalde
compositie te denken, laat hij wat tonen achter elkaar
glijden. Puur en alleen omdat hij daar nu eens zin in heeft
zoekt hij een melodietje, maakt hij een melodietje....
probeert er een loopje tussendoor, fantaseert, verbetert,
probeert opnieuw.en dan langzaam aan groeit er iets
een harmonisch gaaf stukje muziek.
Wat die pianist met klanken doet, probeert Goof Smit
met kleuren. Hij speelt er mee, hij experimenteert, hij
zoekt, hij avontuurtnet zo lang tot hij heel het vlak
harmonisch gevuld heeft.
Toen hij een jongetje was van een jaar of twaalf trok
hij al de polder in met een schetsboek onder zijn arm
en maar tekenen
Op de Ambachtsschool heeft hij het verf-vak geleerd.
Van de lessen die de heer Van Ginkel hem toen gaf, trekt
hij nu nog profijt.... „Daar heb ik het vak geleerd",
zegt Goof.Goof weet nl. precies wat verf doet en hoe
je ermee moet smeren. In het door-de-weekse leven is hij
gewoon schildersknecht, pas 's avonds wordt hij artiest.
Nee, dat is dom gezegd: Goof is een kunstenaar, altijd.
Overal ziet hij het mooie, het leuke, een aardige lichtval,
een boeiend kleurenspel.
Na de ambachtsschool heeft hij de avond-cursus gevolgd
aan de schilder- en teken-academie te Rotterdam. Met
dankbaarheid denkt hij terug aan leraren als de heren
Mees en Bouts.
In het begin schilderde Goof Smit vooral veel portretten.
Pas na de oorlog is hij geleidelijk aan overgegaan naar het
abstracte.
„Er zijn mensen die het ongewoon vinden, maar ik vind