Van wie kunnen ze beter
zwemmen leren dan van
COCKIE GASTELAARS
201
Watertrappen is een
belangrijk onderdeel bij
het zwemmen.
Ook zonder zich voort
te bewegen moet men
zich drijvende kunnen
houden. Vanaf de wip
slaat Cockie Gastelaars
de verrichtingen van
haar pupillen nauw
lettend gade.
keer van de hoge wip geweest." Kijk, deze spontane
uitingen geven mij de grootste voldoening en daarom
hou ik van dit werk".
Evenals bij haar zwemtraining heeft zij ook tijdens
haar opleiding tot zwem-instructrice heel veel steun
gehad van haar coach Dries Peute. Bij diens elemen-
,,Kijk, zo moet je in het water liggen en zo moet je je handen
houden. Dan ga je snel," zegt Cockie Gastelaars. Ingespannen
kijken de leerlingen toe, want wie zou het hun beter kunnen
vertellen dan Europa's snelste zwemster?
tair zwem-onderricht heeft zij in het begin mogen
assisteren en nu zij zelf voor het diploma „klaar"
is, helpt zij haar trainer nog wel, wanneer hij het zelf
met lesgeven erg druk heeft.
„Hoeveel kinderen ik nu al zwemmen heb geleerd?
Dat weet ik niet. Het interesseert me ook niet.
Bovendien doe ik het niet alleen, want bij S.Z.C., bij
voorbeeld, zijn nog wel acht tot tien andere oudere
leden, die de jeugd instrueren. Met ons allen zorgen
we er voor, dat de kinderen ruim voor de afzwem
feesten het zwemmen volledig onder de knie hebben,
zodat zij eigenlijk zonder enig risico aan het diploma-
zwemmen kunnen meedoen."
Cockie Gastelaars geniet wereldbekendheid door
haar persoonlijke zwemprestaties, zij is voorts een
volbloed zwem-propagandiste en een nog enthousias
ter zwem-instructrice.
Kan zwemminnend Nederland zich een nóg betere
zwem-ambassadrice wensen?
En van wie zouden de Schiedammertjes beter
zwemmen kunnen leren dan van „onze eigen" Cockie
Gastelaars? PIET HEYSTER.
Dat Cockie Gastelaars niet alleen de snelste Ne
derlandse, maar ook de allervlugste Europese zwem
ster is, mag genoeg bekend worden geacht. Wel
licht minder openbaar is, dat zij niet alleen zichzelf
tot- topprestaties voert, doch ook anderen de begin
selen van de edele zwemsport bijbrengt. Het K.N.Z.B.-
devies „iedere Nederlander moet kunnen zwemmen"
brengt zij volledig in praktijk, want gedurende de
winter kan men haar twee avonden per week in
het Sportfondsenbad, de heerlijk verwarmde zwem-
arena van de heer Putto aan de B.K.-laan aan het
werk zien. Dan helpt zij mee, met de instructeurs
van het bad, de grote schare pupillen van de R. K.-
zwemvereniging „START" en de S.Z.C. het juiste
technische zwemonderricht te geven.
Hoewel zij dit werk al een jaar of vier, vijf doet,
staat zij eigenlijk dit seizoen voor het eerst als ge
diplomeerd zwem-instructrice voor de „klas".
„Waarom geef je les?" hebben we Cockie ge
vraagd.
„In de eerste plaats, omdat ik het zelf prettig vind;
ten tweede, omdat ons land niet genoeg inwoners
kan hebben die kunnen zwemmen en ten derde
hoewel ik dit het laatst noem, voor mij toch het
belangrijkste omdat ik van kinderen hou. Ik geniet
er (misschien te veel in stilte) van, wanneer ik de
meisjes en jongetjes zo heerlijk in het water zie poe
delen. Ik zou m'n eigen leven ook niet zonder zwem
men kunnen voorstellen en daarom vind ik, dat het
bij al die andere jongens en meisjes er ook bijhoort.
Het is toch een heerlijk gezicht, wanneer een leer-
Jingetje opgetogen komt vertellen, dat hij of zij „nu
al tweemaal de lengte van het bad kan zwemmen".
Of wanneer een andere kleuter met een hoogrode
kleur van opwinding zegt: „Juf, ik ben nu al drie