Het wordt steeds moeilijker om de
ja, hoe gaat dat.*..
Het verveelt gauw, maar
ZIJ mocht ook,
238
TELEVISIE en school Dat is een combinatie met grote mogelijkheden. Heeft u gehoord
van die suggestie in de ideeënbus van het Ministerie van Onderwijs? Een hoofdambte
naar nog wel kwam met een machtig idee voor de dag. Dat tekort aan leraren, zo zei
hij, dat is gemakkelijk op te lossen. Voer de televisie in op school en je hebt de lessen kant
en klaar voor alle scholen in Nederland!
Het idee op zichzelf is niet zo gek en minister Cals heeft daarom de vraag listig voor
gelegd aan de inspectie. Daar heeft men er grondig over nagedacht en het wijze antwoord
geformuleerd: „Het levende woord is niet dadelijk door de televisie te vervangen".
Inderdaad, dat is een hele geruststelling voor het legertje leraren. We worden dus
niet aanstonds brodeloos. Maar in alle ernst: gezien het grote tekort aan leraren is daar-
DR. OORTonrust voor voorlopig nog geen gevaar en u mag dan ook mijn afwijzend althans gedeeltelijk
van je we/steafwijzend oordeel over de televisie zeker niet zien als een soort concurrentienijd
Deze woorden ontlokte onze vraag:
„Wat denkt u van de televisie?'
aan Dr. R. OORT, directeur van de Rijks-h.b.s. te
Schiedam.
Nog niet zo lang geleden heeft het vraagstuk op
deze school in het centrum van de belangstelling
gestaan. Er is hier nl. een enquête gehouden onder
de leerlingen om erachter te komen, hoeveel leer
lingen televisie in huis hebben. Het bleken er niet
minder dan 25 te zijn. Maar er zijn er verscheidene,
die in de gelegenheid zijn te gaan kijken bij vriendjes.
Er zijn er dus heel wat meer dan 25 die geregeld
naar de televisie kijken.
„Je kunt natuurlijk niet zo dadelijk zeggen,"
aldus de heer Oort, 'Zie je nu wel, die knaap heeft
voor zijn proefwerk wiskunde een drie en dat komt
natuurlijk omdat hij hele avonden naar de televisie
zit te kijken'. Maar ook zonder een dergelijke abso
lute uitspraak: het is duidelijk, dat velen door dat
kijken van hun huiswerk worden afgehouden. Dat
is mijn stellige indruk: daaraan is twijfel niet moge
lijk."
„En dat is natuurlijk erger dan bij de radio, want
als je een kalm muziekje hoort, kun je nog best blijven
werken, maar werken en kijken dat gaat niet, net
zo min als luisteren en werken. Het gesproken woord,
al luister je niet naar de betekenis, is ook een te
sterke afleiding voor het huiswerk makende kind.
Televisie is aldus gezien beslist een kwaad. Dat kan
in cijfers moeilijk worden uitgedrukt. In mijn verslag
aan de commissie van toezicht heb ik het zo gefor
muleerd, dat het steeds moeilijker voor de leraren
wordt om de jongens te laten werken. Televisie
is daarbij niet de enige belemmering, maar in com
binatie met alle mogelijke andere afleidingen is de
televisie toch beslist niet best.
Och, huiswerk is natuurlijk niet alles. Het kind
moet zijn levenservaring ook kunnen putten uit
iets anders dan uit het huiswerk, maar in vele ge
zinnen is het tegenwoordig een onrust van je wel-
ste."
Nergens zo goed als bij u
In dat verband is dat geval van die babysittende
h.b.s.'er wel aardig: Hij paste op de baby in een
huisgezin zonder televisie en toen de moeder hem
voor een tweede keer vroeg om op te passen, zei
hij: Graag, maar mag ik dan mijn vriendje mee
brengen? Want ik kan nergens mijn huiswerk zo
goed maken als hier in uw huis.
„Cultuurwaarde? Ja, natuurlijk heeft televisie
cultuurwaarde. De vrouw van een collega bezocht
dezer dagen het Mauritshuis om te kijken naar de
schilderijen van Jan Steen. Toen ze thuiskwam ver
telde ze er over aan de dienstbode, maar die wist er
al heel wat van, omdat ze er een televisie-uitzending
VEN een consult, MEVROUW KUNZE, maar
i i I— ditmaal niet met uw man, maar met u.
En daar zitten we dan tegenover mevrouw
Kunze, echtgenote van de bekende Schiedamse
arts. „Dit is de vraag: wat betekent de televisie
voor u en uw gezin?"
„Voor mij persoonlijk? H'm, niet erg veel. Per
soonlijk houd ik maar matig van de televisie. Weet
u, van dat rustige toekijken val ik in slaap. Ik ben
veel te beweeglijk van aard. Iets doet het me wel.
Ik ben van nature erg huiselijk en ik geloof, dat de
televisie me nog huiselijker maakt. Het houdt me
nog meer thuis. Ik zie er nu compleet tegen op om
er 's avonds uit te trekken. En -vroeger zou ik bv.
een interland wedstrijd BelgiëNederland niet graag
overslaan, maar nu, met de televisie, ben ik gauw
geneigd te zeggen: ik blijf maar lekker kijken thuis.
„Voor de kinderen? O, die zijn erg gesteld op die
nieuwsuitzendingen, ze kijken daar ingespannen
naar. En 't is ook aardig om te zien. En dan die cul
turele uitzendingen, ballet en natuurfilms, opnamen
van andere landen. Dat is eigenlijk voor de kinderen
het belangrijkste en ze kijken er graag naar.