234
moette er heel wat collega's van de padvinderij,
een heel stel assistent-commissarissen uit de omgeving.
Het is aan het actieve ingrijpen van burgemeester
Van Haaren te danken, dat de onaangename grap
niet langer geduurd heeft dan tien dagen. Deze bur
gemeester deelde de Duitsers mede, dat hij om zo
te zeggen kind aan huis was bij vele Duitse ambassa
deurs in de Verenigde Staten, die hij voor de oorlog
bij een Amerikaanse rondreis had ontmoet. Hij werd
in de ogen van de Duitsers een belangrijk man en zij
hebben zich gehaast om aan zijn wensen in zake de
heer Sunderman te voldoen. Gelukkig maar, want:
,,'t Is niks gedaan, zo in een cel van een paar vier
kante meter: 't was dan maar een dag of tien, maar
het leek wel een eeuwigheid...."
ER is niet zoveel belangstelling meer voor de pad
vinderij als vroeger, meent de heer Sunderman.
Weet je, die padvinderij vergt hersens, parate ken
nis, karakter, discipline en gemeenschapszin van een
Op 16 februari werd in de aula aan de heer Sunderman de
Erepenning van onze Gemeenschap plechtig overhandigd.
jongen. Natuurlijk vind je die bij de voetballers ook,
maar ze liggen daar in een ander vlak. Als padvinder
moet je wat voor de mensen over hebben, zonder dat
je er belang bij hebt.
Toen met die watersnood van 1953 hebben de
padvinders zich kranig geweerd. Onder leiding van
het district Rotterdam zijn ook heel wat Schiedamse
padvinders meegeweest om mensen te redden en
proviand te brengen. Jammer genoeg kon de heer
Sunderman toen zelf niet mee: ,,Het was een kwestie
van enkele dagen en zo lang kon ik in de zaak niet
gemist worden. Want tenslotte sta ik toch ook nog
altijd aan het hoofd van een bedrijf."
„Bij dergelijke grote dingen mogen wij meedoen",
verklaart de heer Sunderman, „maar bij collectes,
zoals de Zonnebloemactie en de inzameling voor
de Emmabloem gaat dat niet. Met Palmpasen gaan
de jongens en meisjes met een palmpaasgift op be
zoek in ziekenhuizen e.d. Daarbij heb ik de leiding
gehad. En dan niet te vergeten: Het „heitje voor
een karweitje"! Ik heb zelf de deurknop gepoetst
bij het stadhuis, bij het politiebureau en bij de heer
De Groot in de Tuinlaan.
Van jamboree tot Vijfsluizen
„Grote dingen ja, ik ben in 1937 met de jongens
naar de jamboree in Vogelenzang geweest en was
commandant van het subkamp „Woestduin". Er
waren 400 jongens uit het hele district en daarbij
ook heel wat Schiedammers. Dat was een grote tijd.
Ik was ingekwartierd bij groep 12 en de jongens
kookten het eten voor me.
In de oorlog waren wij verboden, maar zo om
streeks de bevrijdingsdag hebben we clandestien
meegeholpen bij het droppen van levensmiddelen.
Een gebeurtenis voor de padvinderij hier ter stede
was de inrichting van de boerderij bij de Vijfsluizen,
een Schiedamse enclave in Vlaardings gebied. De
gemeente was zo goed de boerderij op ons verzoek
ter beschikking te stellen. De jongens hebben de
hele zaak opgeknapt, muren weggebroken, timmer
werk aangebracht, de stallen bewoonbaar gemaakt
en betegeld en kamers beschilderd en behangen.
Er is een grasveld achter de boerderij, waar tenten
worden gezet en waar het district zijn vergaderingen
houdt rondom een kampvuur. We zitten er nu al
een jaar of zes: de meisjes in het huis en de jongens
in de bijgebouwen, groep 8 en 2, het zg. Schotse
vendel
„Voor mij persoonlijk," zo vertelt de heer Sunder
man nog, „was het jaar 1956 belangrijk: ik kreeg
toen de gouden Jabobsstaf omdat ik 25 jaar bij de
padvinders was. We hebben die gebeurtenis in Rot
terdam gevierd. In 1958 hebben wij aan de Vijfsluizen
een groep buitenlandse padvinders gehad: een evan
gelische Duitse groep. Dit jaar komt er waarschijnlijk
weer een groep. Daarover valt zo tegen april of
mei de beslissing."
WAT de afdeling Schiedam van de Nederlandse
Jeugdgemeenschap betreft, die hier in 1946
door de heer F. de Wolff is gesticht, daarvan heb ik
het voorzitterschap gehad en dat heb ik tot voor
kort volgehouden. Als lid van de N.J.G. zat ik ook
in de gemeentelijke Jeugd Commissie, dat is de over
brugging tussen jeugd en gemeenteraad." De heer
Sunderman was ook voorzitter van de sectie Jeugd
van de Schiedamse Gemeenschap en heeft daarin
heel veel gedaan o.a. voor de actie Jeugdjolijt, al
meent hij dat de andere bestuursleden nog actiever
zijn geweest dan hij.
Verder had hij verschillende functies in de zaken
wereld: Commissaris van de Spaarbank, lid van
het dagelijks bestuur van de Vereniging van dis
tillateurs, bestuurslid van de Unie van distillateurs,
evenals van de Vereniging tot bestrijding van de
tbc.
Hij organiseerde Emmabloemcollecten en zette
de Natuurwacht op haar benen. Hij was mede-op
richter en bestuurslid van de N.E.V.A.S., de ver
eniging die thans 225 schepen heeft geadopteerd, en
ook zat hij in de commissie Gedistilleerd Museum.
„En na de 17de februari," zo besloot hij het ge
sprek, dat we met hem voerden, „ga ik lekker niks
doen, ik ga toekijken hoe de anderen het doen; o,
ik heb trouwens mijn handen nog vol genoeg met het
dagelijks werk in mijn zaak!"