DE BEJAARDEN
keiaar: 81 jaar en zijn
Het eigen potje
,,Die verwarming hier is goed", zegt ze, ,,en eenzaam
hoef je niet te zijn want er is een overdekte gang: je
kunt binnendoor naar je buren. De bedoeling is altijd
geweest, dat er nog een derde flat bijkomt, en dat ge
bouw zou dan een zaaltje krijgen, waar de zieken een
plaatsje kunnen vinden. Ook zou er een keuken
komen voor mensen, die tijdelijk niet hun eigen potje
kunnen koken en een conversatiezaal voor de mannen
om met elkaar te babbelen. Dat is hard nodig. De
mannen hebben hier geen plaats om aan hun lief
hebberijen te doen. Bovendien zou elke kamer ook
telefoon moeten hebben, voor als er wat gebeurt
,,Er moet een opvangcentrum komen", zegt mevr.
Koeten-Ooms, „want er zijn heel wat alleenwonende
mannen, die niet goed voor zichzelf kunnen zorgen.
Meer contact en meer gevoel voor de alleenstaande
mensen, dat is nodig. Een opvangcentrum met een
concierge en een keuken. Daar zou men dan contact
krijgen met de mensen, die zich niet meer kunnen
redden. Dat waren dan geen verloren mensen meer.
Ze moesten drie keer in de week een warme maaltijd
krijgen. Als je hun vraagtHoe help je je nu dan zeg
gen ze: Ik pruts wel wat voor elkaar. Maar alsje
blieft geen huisbezoek dan komen ze je uithoren
en daar sta je meteen argwanend tegenover. Voor
de Schiedamse Gemeenschap wil ik wel vertellen
wat ik op mijn hart heb, maar ik hang mijn moei
lijkheden niet aan de grote klok...."
vijfendertig jaar, en zeif een druk gezin. Een uitkomst:
verleden jaar kwam Dr. Duyster en die zei: Je moet
gaan liggen, Hoogerboord, 't is nodig. Ik zei:Je hebt
makkelijk praten, dokter, wie helpt dan mijn vrouw?".
Oud-wethouder J. Din-
vrouw 76. Die weet nog
hoe het toeging in het
oude Sint Jacobsgasthuis.
Je moet naar bed, zei de
dokter tegen zijn vader, je
bent ziek! Maar vader wil
de niet naar bed, want dan
moest hij naar zolder en
daar lag hij dan alleen.
Zondag hebben ze hem
naar boven gebracht en
daar lag hij dan. Hij is er
moederziel alleen geweest,
toen hij stierf. „Toen heb ik
gevloekt van hier en gunder: ik zal net zo lang vech
ten tot arme oude mensen beter gehuisvest worden.
Een halve eeuw geleden kwam ik in de Raad. Ik héb
gevochten en ik moet zeggen: ook burgemeester
Stulemeijer deed zijn best. Bij de opening van het
nieuwe St. Jacobsgasthuis heb ik nog gesproken: Nu
is het leed geleden.
„Waarom", zo vraagt de heer Dinkelaar, „waarom
saneren ze alleen maar melkboeren en bakkers en
niet de dokters en verpleegsters? Eén dokter meest
de zorg hebben over het hele flatgebouw. Ik heb een
buurvrouw: haar dokter moet helemaal uit Oost
komen. Stel je voor, dat haar wat gebeurt! Een
verpleegster met een vaste opdracht zou wenselijk
zijn.
Hier woont ook mevr. Elizabeth Koeten-Ooms. Ze
is 70 jaar. Volbloed socialiste: ze heeft acht jaar in
de Raad gezeten en teert nog op het oude vuur. Als
men een uurtje met haar heeft gesproken, loopt ze
weer voorop in de hongeroptocht met het bord: We
willen brood. We willen aardappelen! Nóg een kwar
tier en ze plundert een aardappelkelder en is brutaal
als ze zich verantwoordt bij de burgemeester: Hebben
wij honger of Ci