Knooppunt van wegen, niet van
GEDURFD
Station wordt kern van het nieuwe Schiedam
Het stationsgebouw:
130
De kern van het plan Horvath, dat door de gemeen
teraad in principe is goedgekeurd, ligt op het stations
plein. Het plan is daarom zo merkwaardig omdat het
breekt met de gedachte het station een enigszins
teruggetrokken en beveiligde ligging te geven, en het
plein daarvoor te behandelen als een zijtak van een
grote verkeersader. Wat de heer Horvath ontwierp,
doet even denken aan het verkeersplein voor het
Amsterdamse Amstelstation, dat in de jaren dertig
gereed kwam, ook daar heeft het station een verhoog
de ligging en is onder de toegangsweg door een tunnel
die de voetganger in staat stelt de stationshal te
bereiken. Maar toch is er een duidelijk verschil, bij
het Amstelstation maakt het snelverkeer gebruik van
de weg op het lage niveau en is het hoge gedeelte
bestemd voor het rijverkeer dat speciaal voor het
station bestemd is. In het Schiedamse plan is het
juist andersom. Het snelverkeer gaat over de hoge
baan en veegt als het ware langs de wand van het
stationsgebouw, al is er ook op het hoge niveau een
ingang tot de hal geprojecteerd. Maar het eigenlijke
stationsplein, waarlangs de grootste toevoer naar
het station zal plaats vinden, ligt op een laag niveau
samen met parkeerterrein en autobusstation. Type
rend voor de situatie is dan ook het betrekkelijk
zwakke contact tussen het hoge en het lage verkeer.
Kamerlingh Onneslaan, Singel en Overschiesestraat
hebben uitmondingen op de pleinruimte, en alleen
eerstgenoemde laan wordt, haaks, met de hoge
verkeersbaan verbonden. Deze opzet maakt een zeer
logische indruk, want men ontwerpt een snelverkeers-
weg niet om de stroom van voertuigen voortdurend
te dwingen tot afremmen bij een groot aantal weg-
kruisingen of aanvoerwegen.
De snelverkeersweg wordt voor een goed deel
aangelegd op de oude spoorbaan, zodat makkelijk
voldoende hoogte bereikt wordt om de Schiedamse
Schie en de Overschiesestraat te overbruggen met
een vaste brug, die verbinding geeft met het verlengde
van de Burgemeester van Haarenlaan. Zo krijgt
Nieuwland rechtstreeks contact met het station en de
overige stadsdelen en een zeer vlotte verbinding met
Rotterdam, want deze stad gaat een nieuwe weg
aanleggen, die op de Hoge Schiedamse zal aansluiten.
Vanaf het laaggelegen stationsplein zal een tunnel
onder de hoge weg door toegang geven tot de
stationshal via een trap welke de bezoeker naar het
Het nieuwe stationsgebouw sluit wel bijzonder
markant aan op de stationsoverkapping, die al maan
den geleden gereed kwam. Ook de stationshal is
gedacht als een met glas omklede ruimte bekroond
met betonnen knikdaken. In zekere zin vindt dit bij
zonder ijle deel, dat bovendien vrij laag is gehouden
zijn tegenhanger in het voor administratieve diensten
en instructielokalen bestemde blok, dat ten oosten
van de hal zal oprijzen. Dit blok boven de hoofdingang
krijgt 5 etages en zal reeds van ver de aandacht op
het station vestigen. Het is enigszins massiever en
wat meer gesloten gedacht dan de grote hal en zal
zeker een imposante indruk maken vooral op de
reizigers, die het station via het stationsplein bena
deren. En dat zullen er heel wat zijn, want het autobus
station is op dit plein voor het gebouw geprojecteerd,
zodat hier de kern van het lokale vervoer en de open
bare verbindingen met Rotterdam komt te liggen.
Alleen de tramhaltes zijn op de hoge verkeersweg
gedacht in de onmiddellijke nabijheid van het stations
gebouw.
Het merkwaardige van dit gebouw is, dat het zo
sterk afwijkt van de andere stations, welke Ir. v. d.
Gaast heeft ontworpen voor Eindhoven en Venlo.
In die steden heeft het stationsgebouw een duidelijke
gerichtheid naar het stationsplein, en dus gesloten
zijwanden. In de sterk open situatie van Schiedam
paste echter een plan dat zich meer naar drie zijden
wist te ontplooien en een dergelijk plan is op inte
ressante wijze door Ir. v. d. Gaast tot ontwikkeling
gebracht.
Wij geloven dat het niet toevallig is, dat de door de
Ned. Spoorwegen vrij gegeven tekeningen het nieuwe
station bij nacht laten zien. Met grote forse vegen kan