DE FONTEIN SPOOT
Levend verleden
14
TT EBT U HEM nog gekend in zijn
gloriedagen, dat pièce de milieu
van onze Plantage, de majestueuze
fontein op zijn rotseilandje in het
poezige vijvertje? Hebt u hem nog
gezien zoals ruim een halve eeuw
geleden op een mooie zomermiddag
onze knappe fotograaf hem zag,
weggedoken achter zijn mahonie
houten kiekkast onder zijn zwarte
lap, vijf tellen belichten en niet be
wegen als-'t-u-blieft, anders komt
u er dubbel op, zoals dat kleine
meisje aan de hand van „juffie";
natuurlijk, aan de hand, anders gaat
zij op het gras lopen en dat mag
beslist niet, want „Het is verboden
op het gras te loopen".
Elf jaar lang was de Feestcom
missie van 1887 in de weer geweest
om dit smeedijzeren pronkstuk,
postume hulde aan koning Willem
III, op zijn plaats te krijgen. Maar
nu, 31 augustus 1898, was het dan
zover; en zelfs had de Feestcom
missie kans gezien er nog een heral
dieke leeuw bij te bezorgen. „En
thans, mijnheer de Burgemeester",
en hier, aan het slot van zijn gloed
volle rede, zette de in die dagen
alomtegenwoordige majoor zijn
stem nog eens extra uit. „En thans,
mijnheer de Burgemeester, op den
dag dat H.M. Koningin Wilhelmina
haar 18e jaar volbracht heeft en
als regeerende Koningin optreedt,
bied ik u beide monumenten namens
Schiedam's burgerij aan. Leve de
Koningin."
Toen trad Schiedam's eerste bur
ger, burgemeester Versteeg, statig
en waardig uit de kring der auto
riteiten „die wij onder de genoodig-
den opmerkten" naar voren voor
een recht hartelijk dankwoord,
waarvan het slotakkoord dat van
de majoor evenaarde: „Met deze
woorden aanvaard ik het geschenk.
Leve Koningin Wilhelmina! Leve
de Ingezetenen van Schiedam! Leve
de Commissie van 1887 met haren
voorzitter! Laat spuiten de fontein!"
En de fontein spoot!
Bijna een halve eeuw heeft hij
gespoten, hebben zijn op de wind
uitwaaierende nevels het gras en
de bloemen om zijn vijver besproeid
en verkoeling gebracht aan de tal
lozen die op warme zomerdagen
het lommer van de Plantage zoch-