VAN SCHIE TOT DAM VAN SCHIE TOT DAM VAN SCHIE TOT DAM
119
omgekeerde wereld, schepen die over de bergen va
ren".
Tussen deze beide schetsen van de stad en haar om
geving wijdt Havard nog even aandacht aan de in
dustrie waaraan Schiedam zijn naam te danken heeft.
„Bijna vierhonderd branderijen telt men er,endedrank
die zij fabriceren is in de Nederlanden even beroemd
als de cognac bij ons". Men gaat nog al te keer tegen
het misbruik dat men ervan maakt, maar wat haalt
al dat platonisch gepraat uit, vraagt hij zich af. De
Romeinen boden het volk brood en spelen. Wij hebben
de spelen afgeschaft en de „slijterij" en de „tapperij"
er voor in de plaats gesteld. Welnu, redeneert Havard
rechtlijnig, bezorg het volk voldoende ontspanning
en het drankmisbruik is van de baan.
Hij meent ook, op grond van statistieken, te weten
hoevelen als slachtoffer van drankmisbruik het gebruik
van hun geestelijke vermogens hebben verloren. De
maatschappij zou misschien nog wel inzien dat de
oude spelen Rome minder hebben gekost dan ons de
gevangenissen en de gestichten. Maar hoe komt het
dan dat dit kwaad kan voortwoekeren Havard weet
het: de fout zit bij de regering, want die vindt in
Schiedam een van haar voornaamste bronnen van
inkomsten; en iedere dronkaard die langs de straat
waggelt, is in haar ogen een man die geld in het
(regerings)laatje brengt.
Wij horen het, de oorzaak van het drankmisbruik
was voor Havard geen probleem: de zondebok zat
in Den Haag. En de genezing van de kwaal was het
evenmin: breng de „spelen" terug en de drankduivel
is uitgedreven. Toch lijkt het erop of de tijd hem in
dit laatste punt gelijk heeft gegeven; of zou het feit,
dat zondags half Nederland op de tribunes der voet
balarena's het spel der gladiatoren volgt niet mede
van invloed zijn op de aanmerkelijke vermindering
van het drankmisbruik?
Voor het overige, wie thans per trein van Den Haag
naar Rotterdam rijdt passeert bij Schiedam geen
zwarte stad meer. Al is de aanblik juist van die zijde
nog wel niet in alle opzichten volmaakt, de uitbreiding
van Nieuwland nadert al verrassend dicht de Schie.
Verder, de branderijen en de zwart-beroete huizen
zijn verdwenen en naast de molens en de torens zijn
er thans andere hoogtepunten die het oog treffen: de
talrijke bedrijvige kranen der werven, tekenen van
een nieuw Schiedam dat Havard niet meer gekend
heeft.
EEN NIEUWE HERFST
Ik kwam aanlopen uit de
richting Costa Brava (nou,
nou!) en vond Schie
dam weer terug. Een beetje
amechtig na het feest
een beetje vlekkerig van de
patatzakjes maar wel
erg schoongewassen door de
natte zomer.
En van lieverlee kwamen
ook mijn 80.000 medebur
gers weer terug. In hun
propere woninkjes, lekker
onder de douche, na weken
van paradijselijke tentver
vuiling.
De eerste herfststorm blies
ons al het zand in de zomers
bezwete gezichten. Het eer
ste blad is omlaaggedwar-
reld (waar anders heen
en de laatste ijscoman hui
vert door Nieuwland.
Het wordt weer tijd voor
de verenigingen, voor de
gezelligheid, voor de binnen
huishobby's. Talloze bestu
ren maken weer agenda's
voor vergaderingen, nota's
voor de penningmeester en
kwitanties voor de leden.
Ja, want zonder geld kan er
niets gedaan worden. Dóór
u niet en vóór u niet.
Te weinig realiseren we ons
hoeveel er vóór ons gedaan
wordt. Hoe leeg, hoe on
voorstelbaar leeg de winter
maanden zouden zijn zonder
toneel en zonder muziek.
Zonder de Kunstkringen en
zonder Toonkunst, die dit
mogelijk maken.
Wist u daar niets van?
zelfs niet eens, dat ze be
stonden Daar komt dan
nu een eind aan!
Toonkunst zorgt elk jaar
voor een aantal uitstekende
symfonische concerten in
het Passage-theater. De se
cretaris, de heer D. van
Nievelt, Nassaulaan 69, zal
u gaarne alle inlichtingen
verstrekken. Katholieke
Kring en Schiedamse
Kunstkring brengen ieder
in het winterseizoen een
aantal eersteklas toneel
gezelschappen op de planken
van hetzelfde theater, afge
wisseld door een enkele
avond in het lichtere genre.
De secretaris van de Katho
lieke Kring is de heer J. J. R.
Morel, Schimmelpenninck-
straat 3, en van de Schie
damse Kunstkring: de heer
T. Hemminga, W. H. Vlie-
genstraat 26.
Vergeet niet, dat een lid
maatschap van deze vereni
gingen in de meeste gevallen
een belangrijke korting op
de toegangsprijzen be
tekent!
ONVEILIG PARK
Uw redacteur heeft grie
ven. Grieven tegen het park.
Het prachtige Beatrixpark,
dat zich daar uitstrekt langs
de Poldervaart als een oase
van rust. Rust? Nee, dat is
het 'm juist. De rust is er ver
te zoeken.
Een park, lieve lezers, is van
oudsher een landelijk gebied
te midden van stadsdelen.
Door een park, lieve lezers,
lopen geen wegen, maar
paden. Paden, wederom,
hebben de functie te worden
belopen d.w.z. te worden
betreden door voeten. Elk,
zichzelf respecterend, pad
voelt zich in zijn goede
naam aangetast wanneer
het niet wordt betreden,
maar bereden.
Dat nu is het geval met de
paden in ons schone Bea
trixpark dat zich daar uit
strekt enzovoorts.
Nóg is het verboden gebied
voor auto's, maar het is zo
al erg genoeg. Brommers
doorkruisen het op top
snelheid, niet onverdienste
lijk daarbij straaljagergelui-
den imiterend. Fietsers van
alle leeftijden suizen vrijelijk
door de laantjes, flitsen door
onoverzichtelijke krommin
gen. Wie ziet daarbij nog
die onopvallende bordjes
„voetpad"
De wandelaar, die zich
in dit gebied waagt, gebruikt
schichtig de uiterste rand
van de paden. Regelmatig
springt hij als een opge
schrikte haas het groene
gras in. Wee de wandelaar-
kinderbezitter. Nerveus
klokkend, zijn kroost bij
armen en benen vastgrij
pend, tracht hij zijn zondag-
middag-wandeling te vol
brengen. Het gezin dat vol
tallig weer thuiskeert heeft
het geluk die dag meegehad.
Het gaat niet goed met
ons park! En daarom, auto
riteiten op wie al zovele
beroepen worden gedaan,
neem dit ene beroep er nog
bij:
SLUIT HET PARK VOOR
ALLE WIELEN.
Geef het weer terug aan hen
voor wie het bestemd was:
vaders en moeders en kin
deren, rustige wandelaars
in de vrije natuur.
Laat de rijders maar lopen
vanaf het parkeerterrein
aan de ingang. Dat is voor
hen en voor ons veel ge
zonder!