245
(foto Hans Visser)
Poort als van de Kethelse Poort tot het ontstaan van
deze naam bijgedragen. Hoe sterk deze benaming
wat de oorsprong ook weze heeft wortel geschoten,
blijkt uit het feit, dat de Oud-Katholieke Gemeente
maar zelden wordt aangeduid met de naam van de
Heilige Johannes de Doper. Zelfs op officiële stukken
die aan de gemeente worden gericht, zo vertelde ons
pastoor C. P. van den Berg, luidt de adressering
gewoonlijk aan de „gemeente 't Huis te Poort".
Ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van
zijn kerkgebouw heeft pastoor Van den Berg zich
verdiept in de archieven zonder nochtans nadere aan
duidingen te vinden over de oorsprong van de naam.
Erg veel tijd heeft hij trouwens ook niet voor dergelijke
tijdrovende historische studies. „In een kleine ge
meente heb je veel werk te verzetten," aldus pastoor
Van den Berg in een gesprek dat we onlangs met
hem voerden in de antieke pastorie van 't Huis te
Poort. „Het is begrijpelijk," vervolgde hij, „want het
arsenaal medewerkers waaruit geput kan worden is
bijgevolg ook klein, terwijl de leden van de gemeente
zeer verspreid wonen." Daarbij komt, dat het zielen
tal van de Oud-Katholieke kerk over het gehele land
genomen niet groot is. Daardoor wordt op de priesters
menigmaal een beroep gedaan om naast hun taak in
eigen parochie nog een functie op landelijk niveau
te vervullen.
Zo komt het dus, dat men pastoor v. d. Berg niet
alleen in de gemeenten langs de Waterweg kan aan
treffen, waar zijn gelovigen wonen. Ook vertoeft hij
regelmatig in Eindhoven, in wat hij noemt de „diaspo
ra", om de in Zuid-Nederland en een deel van België
wonende geloofsgenoten geestelijk voedsel te bren
gen. Voorts heeft de Schiedamse herder verscheidene
functies in bisschoppelijke commissies, bijvoorbeeld
in de commissie die een schriftelijke cursus voor
bereidt ten behoeve van de diaspora-mensen. Menig
maal hanteert pastoor v. d. Berg bovendien de
dirigeerstok, want met het koor studeert hij de
Gregoriaanse gezangen in.
Tussen deze dingen door studeert pastoor Van den
Berg geschiedenis en liturgie van de Russische kerk.
Een gemeentelid heeft de dogmatiek van deze kerk
in studie. Samen hopen zij aldus een grondige kennis
te vergaren van de Oosterse kerk, kennis die moet
dienen bij het leggen van contacten met deze kerk.
De Oud-Katholieke kerk is namelijk op hoog niveau
bezig toenadering tot stand te brengen met andere
katholieke kerken in de wereld, die niet onder het ge
zag van Rome staan. Reeds is er een „communion"
verwezenlijkt met de Anglicaanse kerk. Dit houdt in,
dat leden van de Oud-Katholieke en van de Angli
caanse kerk eikaars sacramenten kunnen ontvangen.
Dc St. Willebrord Society, genoemd naar de Engelse
apostel, die eertijds zijn werkterrein in ons land
vond, verdiept deze band.
Het zal, menen wij, wel nimmer voorkomen, dat
pastoor Van den Berg zich afvraagt: wat zcl ik nu
eens gcan doen. Hooguit kan hij zich de vraag stellen,
wat het eerst aangepakt dient te worden.
Tot de talrijke zaken die zijn aandacht behoeven
behoort niet slechts om maar iets te noemen
de regie van het toneelstuk dat in het jubileumjaar
werd opgevoerd, maar ook het bijeenbrengen van
geld voor een grondige restauratie van de kerk. Een
heel goede beurt heeft het getouw na honderd jaar
weer en wind hard nodig. Drie jaar geleden heeft
een restauratiecommissie een onderzoek ingesteld
naar de toestand van het gebouw en gerapporteerd,
dat er zeer veel te doen valt. Vocht en houtworm
hebben hun kwalijke invloed doen gelden en de kleine
gemeente staat nu voor de zware taak twee ton
bijeen te brengen voor het herstel. Bijna tien keer
zoveel dus, als de nieuwbouw een eeuw geleden
vergde.
„Onze gemeente is niet rijk," vertelt pastoor Van
den Berg nadat hij nogeens koffie voor ons heeft
ingeschonken in de keuken aan het eind van de
monumentale pastoriegang. Het zal dus niet zo gaan
als honderd jaar geleden, toen een kleine groep
gemeenteleden met spoed het benodigde bedrag
bijeen bracht.
„Toen ik hier kwam, in 1956, was de kerkcent nog
in zwang. Het wachtwoord is toen geworden: geen
koper in de collecte," zegt de pastoor. Het was een
parool, dat weerklank vond, al leverde het natuurlijk
geen indrukwekkende bedragen op. Het plan voor
de restauratie heeft echter verblijdende initiatieven
tot gevolg gehad, waaruit blijkt, dat de Oud-Katho
lieken graag wat willen missen voor hun kerk. Het
bloeiende verenigingsleven, dat de kerk tot middel
punt heeft, is in actie gekomen. Er is een Commissie
Actie Bouwfonds Oud-Katholieke Kerk Schiedam, in
de wandeling CABOKS geheten, in het leven geroepen
door de verenigingen. Deze commissie is er in vrij
korte tijd in geslaagd tienduizend gulden bijeen te
brengen en gaat gestaag voort. Men is er immers
nog lang niet.
Maar gezien het enthousiasme waarmee men aan
de slag blijft, zal het wel gelukken om de twee
honderdduizend gulden op tafel te leggen. Opdat een
vernieuwd Huis te Poort de Oud-Katholieke gemeente
van de Heilige Johannes de Doper ten dienste zal staan.