230 Prof. dr. T. T. ten Have tijdens zijn inleiding op onze studiedag. (foto Dick Bos) Vijftien jaar lang is door een groot aantal Schiedam mers getracht die uitkomst kloppend te krijgen. En als we zien, wat uit niets in die tijd is opgebouwd, kunnen we trots zijn op de rekenkunst van al die mede werkers. De toekomst eist echter, dat met veranderde getallen dezelfde uitkomst wordt bereikt en dat vraagt van ons een nieuwe berekening. Herziening van ons werk betekent natuurlijk niet, dat het verleden klakkeloos de brandstapel opgaat, om daarna op de rokende resten een nieuwe S.G. te bouwen. De continuïteit van ons werk zal, ook bij het zoeken naar nieuwe wegen, geen ogenblik in ge vaar worden gebracht. De magistrale rede van profes sor Ten Have zullen wij, samen met de inleiding van de heer Holl, in een extra januarinummer in extenso publiceren. Dan heeft iedere geïnteresseerde de ge legenheid al het gesprokene nog eens rustig te over zien en af te wegen. Dan zal ook blijken, dat in beide toespraken, hoewel zij vragen en bedenkingen ten aanzien van ons huidige werk opwierpen en dat ook moesten doen de nadruk is gelegd op de be langrijkheid van het tot nu toe verworvene. De grap penmaker die meende: „Beter Ten Have gekeerd, dan ten hele gedwaald", had dus maar ten dele ge lijk. De rede van professor Ten Have had als titel „Een lokale culturele gemeenschap in deze tijd". Niet dus: in Schiedam. Zijn plaatsbepaling in ruimte en tijd, zijn taakanalyse waren toepasbaar op elke wille keurige lokale gemeenschap in Nederland of daar buiten. Natuurlijk is dat bewust gebeurd. De inleider begon dan ook met aan te tonen, dat wij onze zaken niet kunnen regelen in zelfgenoegzaamheid met ons kleine wereldje. We staan immers midden in een van de meest dynamische gebieden van dit ogenblik. De wereld laat zich hier niet buiten sluiten. We hebben er voortdurend en intensief deel aan. Schiedam is dus evengoed „de wereld" als welke andere grotere of kleinere samenvoeging van mensen. Desondanks heeft de S.G. in deze stad een status ver worven met een heel eigen gezicht. Gemakkelijk be wijsbaar overigens, omdat in geen enkele Nederlandse gemeente louter uit particulier initiatief een vergelijk baar apparaat is opgebouwd. Die specifieke aspecten zijn door de heer Holl in zijn inleiding stuk voor stuk naar voren gehaald. En al die punten liet hij verge zeld gaan van de vraag, of het goed is zoals het is. Niet om deze dingen in diskrediet te brengen, maar alleen om de toehoorders te prikkelen tot zelfstandige beoordeling. Te groot was ons optimisme, toen we meenden, dat met een groep van meer dan honderd mensen een direct gesprek mogelijk was. Hoewel ieder in het forum, zowel als in de zaal, zijn best heeft gedaan, kon het niet anders of door het grote aantal aan wezigen liep het gesprek dood in een reeks mono logen. Maar goed, deze kleine teleurstelling heeft voor ons de waarde van deze studiedag niet doen dalen. Hoewel we nog lang niet toe zijn aan definitieve con clusies of aan een nieuwe werkwijze, toch brachten de omstandigheden reeds de eerste ingrijpende ver andering aan. In zijn vergadering van 2 december jl. heeft de Be stuursraad nl. besloten het komende jaar geen vakan- tiefeest, in de oude of in een nieuwe vorm, te organi seren. Er zijn voor dit besluit nog al veel beweeg redenen geweest. De belangrijkste is wel, dat een voortzetting van het vakantiefeest waarvan het nut de laatste jaren toch wel twijfelachtig was ge worden op dit moment van voortdurend klimmende kosten en voor ons niet stijgende inkomsten, een be knotting van onze overige activiteiten dreigde te worden. Een beknotting die, daar het werken in en met de diverse verenigingsgroepen ten slotte ons uit gangspunt en onze basis vormt, fataal zou zijn. Wel zullen wij de komende zomervakantie er naar streven de jeugd, die daar wel grote behoefte aan heeft, nog meer mogelijkheden tot bezig-zijn in de stad en elders te bieden. Daarover echter later meer. P.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1963 | | pagina 14