DE VRIJHEIDSDANS F. A. de Wolff: DE JEUGD liet zich niet onbetuigd. Eigenlijk wdren er geen jeugdverenigingen meer. Maar dat gaf niet. Ze kwamen vanzelf weer terug, omdat tóch ergens in stilte de band was onderhouden. De jeugd van 1940 was echter in 1945 veel méér dan vijfjaar ouder geworden. Hoe dan ook: spontaan wierp de jeugd van 1945 zich in het feestgedruis, maar dat zeker niet alleen. Zij stond onmiddellijk gereed om te hélpen waar nodig, zij colporteerde met het (in Schie dam illegaal bij Roelants gedrukte) Parool, dat uiteraard vlug van de hand ging, zij hielp bij de voedselvoorziening, hele drommen verzamelden zich bij het magazijn van de Unie-Winkelmaatschappij, waar thans Lintas is gevestigd. De toeloop naar de Oranjegezinde jeugdverenigingen en de Padvinderij, die onmiddellijk weer herrezen, was enorm. De ideële" doelstellingen telden niet meer. Men verkeerde in een roes. Oranje-Buurtverenigingen verrezen als paddestoelen uit de grond. Mannen en vrouwen met vermagerde gezichten, die desondanks straalden van blijdschap om de verworven vrijheid, bleken vindingrijk in het organiseren van straatfeesten, die aan spontaneïteit nog niet hadden ingeboet toen de S.G. in 1948 een begin maakte met de vakantie-feesten HET BURGERLIJK BESTUUR was uiteraard ook zorgvuldig voorbereid. Helaas kon wijlen Burgemeester van Haaren, die vlak voor de bevrijding overleed, niet meer de hem toegedachte plaats van burgervader innemen. Zijn plaats werd voortreffelijk ingenomen door de heer K. Bosch, terwijl op het Hoofdbureau van Politie als Commissaris zetelde Mr. H. A. M. Roelants, bijgestaan door de oud-commissaris, wijlen de heer J. H. van Veen. Veel namen noemen doen wij niet, want die worden elders genoemd. Bij alle spontaneïteit kon niet voorkomen worden, dat bepaalde acties elkander doorkruisten. De Stichting 1940-45 toog onmiddellijk aan het werk. De Expogé en Voormalig Verzet werkten nauw samen en doen dit nu na twintig jaar nog. Zij zorgen nog steeds voor de na gelaten betrekkingen van hun gevallen vrienden. De Schiedammers begonnen al spoedig weer aan de opbouw van allerlei organisaties, hulpacties, gezelligheids verenigingen enz. die hier uiteraard niet alle kunnen worden vermeld. Na een tijdelijke gemeenteraad volgde al vrij spoedig weer een normaal stadsbestuur, netjes geordend naar rang en stand en politiek inzicht. AAN DE DOOR ONS genoemde namen willen wij er nog één toevoegen, nl. die van Wim Kloeseman, destijds inspecteur van politie, thans gepensioneerd hoofdinspecteur. Een ieder die de spontane en hartelijke W. H. Kloeseman kent (en dat zijn er velen!) zal beseffen hoe het juist hém speet, dat hij op de dag der bevrijding niet in Schiedam ver toefde. Hij was na een ruim twee jaar lange gijzeling met zijn gezin naar Deventer gegaan: klaar om te komen wanneer dat nodig was. Het is goed om deze robuuste, spontane figuur, die helaas vaak gedesillusioneerd was, even in de schijnwerpers te zetten. Hij was één der eersten, die beseften, dat 14 mei 1940 een beginpunt was. Een begin punt van het verzet. Tot vele acties heeft hij het initiatief genomen, hij schuwde het gevaar niet, wist anderen voor het ondergronds verzet te winnen en bleef zelf bescheiden op de achtergrond, hard werkend en inspirerend. Op 6 mei 1945 stapte hij in Deventer op de fiets, door de altijd nog rumoerige IJssellinie op weg naar Schiedam. Want Schiedam had hem nodig, de politie had hem nodig. Met gevaar voor zijn leven en met de kans om geïnterneerd te worden (er was immers bij iedereen zoveel achterdocht) bereikte hij zijn stad Schiedammaar niet om zijn plaats bij de politie in te nemen. Hij werd hoofd van de Politieke Opsporingsdienst (P.O.D.) en spreekt altijd nog met waardering over zijn naaste medewerkers, Mr. H. B. Engelsman en Mr. M. J. M. van Kinderen. Totdat hij (in 1947) als hoofd inspecteur bij de politie terugkeerde. Over zijn activiteiten en ervaringen bij de P.O.D. zou héél veel te vertellen zijn, evenals over al datgene, wat hij tijdens de oorlog deed. Laten wij mogen volstaan met het richten van de schijnwerper op deze nobele figuur: Wim Kloeseman! DE SCHIEDAMSE GEMEENSCHAP is als het ware geboren uit het saamhorigheidsgevoel uit de oorlogsjaren. Een aantal vooraanstaande Schiedammers verenigde zich al vrij spoedig na mei 1945 in de Nederlandse Volksbeweging zonder te vragen naar politieke of godsdienstige overtuiging. De oprechte wens tot samenwerking, de leefbaarmaking van onze samenleving en het dienen van onze medemensen was primair. Desillusies De geest van de bevrijding leeft voort in de S.G.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1965 | | pagina 10