96 OP een dergelijk uur waren we in de manege, waar twee volleerde paarden twee nog onvol- leerde ruiters in kalme gang de piste ronddroegen. Hoewel niet vleiend voor de berijders, is het voor al tijdens de eerste lessen opvallend hoeveel meer ervaring het paard met de ruiters heeft, dan de ruiters met het paard. „Dat verdwijnt wel", zegt de heer Van Geijl, "na een paar lessen draven ze mee met de ervaren rijders en zie je niet meer wie wat langer gereden of bereden heeft". Bij hemzelf is elke twijfel uitgesloten. Opgegroeid in het verhuisbedrijf van zijn vader, dat hij nu zelf drijft, heeft hij van jongsafaan met paarden omgegaan. Eerst de grote Zeeuwse trekkers van voor de verhuis wagens en later, na de omschakeling van natuurlijke op motorische paardekrachten, met de meer verfijn de rijpaarden. Ook heeft hij zich beziggehouden met pony's. Toen de manege nog de oude paardestal was en de lief hebberij nog maar een gedachte. „Maar da's niks", zegt hij „je kan erop rijden, maar echte paarden zijn het niet". Maar de pony's zijn, evenals de zware paarden van vroeger, verleden tijd geworden en hebben plaatsge maakt voor een zestal stamboekpaarden, her en der uit Europa afkomstig, waarbij kortgeleden een veulen tje is gekomen. Het zevende en tegelijkertijd het beste paard van stal, want het is zelf gefokt en adel ver liest zichzelf per slot van rekening nooit. De heer Van Geijl is trots op zijn paarden als een vader op zijn kinderen. Hij noemt ze dan ook (daar aan herkent men de liefhebber) steevast bij hun naam. What's in a name, vindt hij, en het woord paard kan van alles inhouden: van derbydraver tot hit, hoewel dit laatste bij kenners alweer de sleutel blijkt te zijn tot een nieuwe, welhaast even grote categorie rij- en trekdieren. Het is jammer, dat er zo weinig mensen zijn als hij. Mensen met net even meer liefde voor het paard dan de doorsnee-ruiter. Net even meer, maar voldoende om van een grote hobby, ondanks alle daaraan ver bonden zorgen, een klein nevenberoep te maken, om daarmee zoals in dit geval de ruitersport en het paard voor Schiedam te behouden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1965 | | pagina 16