„Een mijlpaal in
het bestaan van
onze parochie"
St. Jan de Doper-kerk
Foto's
Hans Visser
108
PASTOOR A. C. van den Brekel
loopt trots voor ons uit, de
kerk in. Door de ramen boven
het priesterkoor valt een bundel
licht op het hoogaltaar. „Kijk", zegt
pastoor Van den Brekel, „zie je die
lichtval? Dat is geweldig, er zijn
hier parochianen die zeggen: 't is
net of je mee naar de hemel gevoerd
wordt als je hier binnenkomt". De
pastoor gaat voor het hoogaltaar
staan en wendt zich tot de lege ban
ken, die in drie groepen rond het
priesterkoor staan gerangschikt.
„De akoestiek is uitstekend", zegt
hij, min of meer overbodig; wij die
achterin de kerk staan kunnen hem
uitstekend verstaan. „Als ik hier
voor het altaar sta", zegt de pas
toor, „kan ik alle mensen in de kerk
in hun gezicht zien en zij kunnen
mij zien; dat komt door de opstelling
van de banken".
Ja, de pastoor van de St. Jan de
Doper-parochie is zeer gelukkig met
zijn nieuwe kerk. In het vademecum,
dat bij het in gebruik nemen van
de kerk verscheen, schreef hij dan
ook: „De voltooiing van ons kerk
gebouw betekent een mijlpaal in het
bestaan van onze parochie. Er werd
iets grcots verricht".
Een katholieke kerk in Nieuwland
was wél hard nodig. Vanaf 1958
immers moest men de gelovigen ont
vangen in een houten noodkerk, die
hoewel haar intimiteit geprezen
werd er in de loop der jaren niet
functioneler op werd. Men sterkte
zich echter in de hoop, dat er binnen
afzienbare tijd een echte stenen kerk
verrezen zou zijn. Op 30 juli 1958
ontving pastoor Van den Brekel van