u\d i.eiuX
IIAÉSiONJLr
ÏK LI Hl)
VAN SCHIE TOT DAM VAN SCHIE TOT DAM VAN SCHIE TOT DAM VA!
EUROPEES GESPREK
140
OPENBAAR
KUNSTBEZIT
In dit blad klaagt een van de deel
nemers aan de internationale jeugd
uitwisseling erover, dat een discussie
avond in het programma dat gaststad
Neath had opgesteld, volkomen ont
brak. Hij vindt dat de jeugduitwisseling
haar doel voorbij schiet; wellicht heeft
hij gelijk.
Laten we de theorie en de praktijk
van de jeugduitwisseling eens naast
elkaar stellen. Natuurlijk is het in de
theorie zo, dat de gedachte van de
Europese eenwording, althans ver
gaande toenadering, in de gehele
jeugduitwisseling als zeer belangrijk
geldt. Men brengt jongeren uit ver
schillende landen bijeen, niet alleen
om elkaar te leren kennen maar ook
eikaars leefmilieu. In hoeverre inte
gratie in deze vorm tot een „Europese
mentaliteit" voert, zal de toekomst
uitwijzen.
De theorie van de internationale jeugd
uitwisseling wil ook dat de jongeren
uit verschillende landen niet alleen
eikaars eet- en drinkgewoonten, open
baar vervoer en kleur van het behang
leren kennen, maar ook eikaars
ideeën over de Europese eenwording.
Dat laatste kan geschieden via infor
mele babbeltjes maar ook door een
discussie-avond.
Maar nu de praktijk. In Neath waren
jongeren bijeen uit Zwitserland, Italië,
Frankrijk, Zweden, Nederland en
Engeland. Engels was de voertaal en
de meeste van de aanwezige jongelui
konden zich daarin aardig redden.
De Italianen en de Fransen echter
lieten het volkomen afweten; zij, de
galliërs, moesten hun toevlucht nemen
tot een vreemd brabbeltaaltje als zij
met de Engelsen, Duitsers, Zweden of
Nederlanders wilden communiceren.
Dat gebrabbel maakte de conversatie
vaak amusant. Ook in Babyion moet
er af en toe flink gelachen zijn.
Engelsen, Zweden, Duitsers en Neder
landers konden in Neath dus aardig
met elkaar praten. De Zweden spraken
goed Engels en Duits, de Duitsers
spraken redelijk Engels, de Neder
landers spraken Engels en Duits en de
Engelsen spraken uitstekend Engels.
Aardig met elkaar praten, zeker, maar
alleen waar het koetjes en kalfjes en
andere alledaagse zaken betrof. Zou
men de groepen met elkaar te spreken
zetten over Europese eenwording, over
de Gemeenschappelijke Markt, over
de Europese Vrijhandels Associatie,
over De Gaulle en het Europa der
vaderlanden en meer van deze actuele
zaken die we allemaal uit de krant
kennen, dan zou echter toch een Baby
lonische spraakverwarring ontstaan.
Wie over deze dingen wil praten, moet
een taal zeer grondig beheersen. En
wat belangrijker is: hij moet om
redelijk en zinvol te discussieren, kun
nen meedenken in de taal van zijn ge
sprekspartner. Een discussie-avond
moet niet gaan ontaarden in het in
hakkelige bewoordingen lanceren van
slaapverwekkende abstracties.
Is politieke discussie dus niet mogelijk
in de internationale jeugduitwisseling?
Het lijkt van niet. Maar dat wil niet
zeggen, dat het comité zich niet op
nieuw over de zaak gaat beraden. De
gelegenheid, die de uitwisseling ieder
jaar biedt om een „Europees gesprek"
te voeren, is te uniek om haar ver
loren te laten gaan.
In onze stad zijn we niet verwend met
„openbaar kunstbezit". We bedoelen
dat er voor de wandelaar op straat,
pleinen, parken en plantsoenen niet
veel sculpturen te zien zijn. De ge
middelde Schiedammer komt bij een
oppervlakkige inventarisatie slechts
de twee vrouwenfiguren in gedachten
in het Julianapark en bij het monu
ment in de Plantage. Er zijn natuurlijk
wel meer sculpturen of gevelversierin
gen aan te wijzen.
Hoe dan ook: het moet de Schiedam
mer plezier doen dat de stad sinds een
paar weken verrijkt is met een bronzen
Pegasus. In de St. Liduinastraat, voor
de Willem de Zwijger-ulo, onthulde
burgemeester H. Roelfsema op 30
augustus een prachtige sculptuur van
de Enschedese kunstenaar Gooitzen de
Jong. Ze stelt het vliegende paard
Pegasus uit de Griekse mythologie
voor. Een dier, dat ons zeer lief is,
want het komt ook in het „wapen"
van de Schiedamse Gemeenschap voor.
Burgemeester Roelfsema vond de
Pegasus een culturele verrijking van
zijn stad en bleek in zeer mooie taal te
kunnen spreken. Hij zei: „Ik heb het
beeld mogen betasten in zijn compacte
vorm. Op dat moment ben ik ervan
gaan houden."
De burgemeester bracht ook nog een
gedichtje van A. C. W. Staring mee,
dat betrekking heeft op het paard
Pegasus. Dat gedicht is waard om hier
herhaald te worden:
„Pegaasjen, hou eens stil!
Ik ben geen vriend van vitten;
Ik zuiver slechts uit goeden wil
Uw schone manen van de klitten,
en lees de noppen uit uw staart;
Laat Pluto 't haarvloos kinhaar zitten,
Apollo scheert dan baard."
Het mannenkoor Orpheus ontving in Schiedam de Lie-
derkranz Esslingen, de Duitse relatie via wie Orpheus
in onze stad de stoot gaf tot de jeugduitwisseling. De
Duitse zangers werden door burgemeester Roelfsema
ontvangen en dat feit werd door de Esslingers zo, op prijs
gesteld dat ze er op de voorpagina van het laatste
nummer van het verenigingsblad melding van maakten.
Esslinqer Liederkronz verwirldichte Partnerschaft Essüngen - Schiedam