de schiedamse gemeenschap
Schiedam en de NS
ORGAAN VAN DE STICHTING
Jaargang 18, no. 3, juni 1966
bureau:
Plantage, Schiedam, tel. 26 80 43
EREVOORZITTER:
H. Roelfsema, burgemeester van
Schiedam.
BESTUURSRAAD
Dagelijks bestuur:
E. A. Leenderts, voorzitter:
Mr. J. C. J. Pels Rijcken, vice-voorz.
A. L. J. Kunze, arts, secretaris;
mr. H. A. M. Roelants, penningm.;
D. deBruyn; B. Drukker; P.Smit.
Leden:
G. W. van Bergen Walraven, J.
v. d. Griend, P. Groenendaal, K.
J. Heyboer, A. de Jong, M. A. A.
de Jonge, A. van Lingen, mevr.
A. H. Moll-Tromp, mej. A. E. D.
Noordegraaf, J. Paalman, G. Pet,
arts, C. Rauws, J. H. M. Schaeffer,
A. Sluyters, A. M. Sunderman, mr.
H. G. Ubbink, K. J. Velthuizen, G.
P. Verhulsdonk, B. Vincent, J. E. H.
Wansink en A. M. van der Wel.
REDACTIE-COMMISSIE:
P. van den Boom, B. Drukker, drs.
G. van der Feijst, J. Paalman, drs.
J. B. Roeland o.s.a., B. Vincent.
ADVERTENTIES:
N.V. Kon. Ned. Boekdrukkerij
H.A.M. Roelants, Lange Haven 141,
Schiedam, tel. 26 02 60. Giro 5858.
DONATIES:
minimaal f 6,per jaar. Losse
nummers f 0,50 (giro 549934 t.n.v.
De Schiedamse Gemeenschap).
INHOUD:
Schiedam en de NS.
Beat in Schiedam
In memoriam L. Baard
S.G.-activiteiten
Anita Zwaans
Van Schie tot Dam
pag.
67-69
70-74
75
75
76-78
79
AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE:
W. Ammerlaan, J. Daalmeyer, G.
Lutke Meijer, Sebastiaan.
FOTO'S:
Robert Collette,
Ton den Haan.
Eindredactie en opmaak:
A. WAG EN AAR
Overname van artikelen en foto's
slechts na toestemming van de
redactie.
LATEN we wèl wezen: de eerste kennismaking
van de Nederlandse Spoorwegen met Schiedam
is ook niet zo plezierig geweest. Toen de dynamisch
groeiende spoorwegmaatschappij na de feestelijke
opening van het station Den Haag op 6 december
1843 begon de lijn naar Rotterdam door te trekken,
deed het polderbestuur van de polder Oud-Mathenesse
een beroep op een reeds lang verjaard windrecht om
er de maatschappij toe te dwingen een laag stations
gebouw neer te zetten. Hoge gebouwen immers
zouden aan Schiedams molens de wind uit de zeilen
kunnen nemen. En in Kethel was er boer Van den
Burg, die de lui van de spoorwegen het mes op de keel
zette. Ze moesten over een stuk weiland, circa 6000
m2 groot en boer Van den Burg vroeg daarvoor een
exorbitant hoog bedrag. Hij wou ze voor een bunder
15.000 gld. laten betalen en dat in een tijd, toen gras
land met 700 gld. al goed betaald was. Ook hier
zullen er wel principiële bezwaren tegen de spoor
wegen vernomen zijn. De snelle beweging van de
trein, zo was immers het algemene bijgeloof uit die
dagen, zou zowel bij de reizigers als bij de kijkers een
soort hersenziekte veroorzaken, aangeduid met de
naam „delirium furiosum". Vier jaren spoorweg
vervoer zullen niet in staat zijn geweest in onze stad
die hersenschimmen te doen verdwijnen. Maar deze
grieven mogen na bijna 125 jaren toch wel verjaard
worden geacht. En daarbij komt, dat er zeker geen
historische motieven zijn om Schiedam bij Delft
achter te stellen.