229
ityen aan pteziet
gouden medaille, zilveren medaille.
Toegangsprijzen van de generale repe
titie op twee juli 1882 f 0,99(!), en
wie het muziekfeest wilde meemaken
van het vijftienjarig bestaan moest
f 2,99 neertellen, een half weekloon in
die tijd.
Maar daar werd dan ook een feest
tent voor neergezet op het plein ach
ter de St. Jorisdoclen. Men hield ma-
tinées en soirees en nog altijd tot
aan de jaren dertig is alleen de ge
goede middenstand lid van Orpheus.
Op 13 mei 1916 verleende H. M.
Koningin Wilhelmina het mannenkoor
het predikaat „Koninklijk". Voortaan
dus de vereniging „Koninklijke Zang-
vereeniging Schiedamsch Mannenkoor
Orpheus".
Heel Schiedam leefde mee, men vier
de acht dagen feest. „Het was groots"
herinnert zich de heer J. J. Scheffer
(72), die laatstelijk onderwijzer was
aan de opleidingsschool aan de Huys-
mansstraat en zelf veel zanglessen gaf.
„Ik werd door mijn zangleraar dat
jaar voor het eerst meegenomen en
ging schoorvoetend". De heer Scheffer
is dus nu 50 jaar lid. Het voornaam
ste van Orpheus vindt hij de ontspan
ning en de kameraadschap. „Vroeger
gingen we na afloop biljarten, met een
glaasje. In Schiedam fluistert men dat
een repetitie-avond van Orpheus nog
al eens in een vrolijke boel eindigde".
Op 25 augustus 1946 gingen de twee
honderd leden het tachtigjarig jubi
leum vieren in Breda en Honnerlage
Grete huldigen. In minder dan geen
tijd was de goederenwagon die aan
de feesttrein gekoppeld was in een
dancing getransformeerd. „Het werd
een leuke tent, waar de muzikanten,
fel zwetend en spookachtig belicht
door enkele strategisch opgestelde
carbidlampen, met hun bekkens en
verder gerei een kwantum herrie
wisten te produceren
De oorlog is Orpheus niet voorbij
gegaan: deportatie, sperrtijd, verduis
tering, geen vervoer voor de dirigent
Ed. Flipse, deportatie van de wnd.
dirigent De Vries. Na de hongerwin
ter ruikt men de naderende bevrijding:
op 18 maart 1945 zingt men clandestien
in Musis, met Flipse weer aan de pia
no. Buiten vliegtuiggeraas, geroep: er
wordt voedsel afgeworpen. „We zin
gen het Wilhelmus, heren" zei Flipse
plechtig.
„Dat zal ik nooit vergeten," zegt de
heer L. Stouthandcl die toen nog
maar een broekje was. Zijn schoon
vader, de heer J. de Vogel, was een
der eerste handarbeiders die Orpheus
binnenkwam. „Je moest wel een veel
belovende stem hebben", weet hij.
En het oudste lid van Orpheus, de 77-
jarige heer W. Luttik zegt: „In het
begin zag ik erg tegen die andere
zangers op". Zijn wens bij dit jubi
leum? „Nieuwe leden, minstens een
koor van honderd leden, vroeger had
den we er wel tweehonderd!"
Jan Molendijk, het jongste lid, van
negentien lentes (blond, knalrode
trui): „Meer jonge leden, ja. Je bent
hier direkt opgenomen in de kring.
Jamnier dat het tienerkoor, in 1962
opgericht, aan malaise lijdt. Na de
festiviteiten gaan we met grote aninio
aan het tienerkoor werken, ik word
meteen lid."
Heeft de 32-jarige directeur Chris
Verhoog nog toekomstmuziek
„Ik vind dat we met de mannenkoor
zang te veel in een geforceerd mo
derne hoek zitten. Dat vergt veel tijd
voor één stuk. De avond wordt dan
verder gevuld met oude stukken,
veelal romantische Duitse. Ik wil met
Orpheus naar de grote breedte in de
zangliteratuur, naar een meer elastisch
programma. Volgend jaar hoop ik op
uitwisseling met een Engels koor, de
Anglicanen hebben een eigen stijl. Ook
de Skandinavische en de eigen Neder
landse componisten wil ik niet voor-
hijgaan. Géén Russische muziek:
Schiedammers zijn geen Kozakken
met Slavische stemmen
JEANNE DE VLIEGER
VERBEEK
a