73 i Ty yrAAKT wél herrie, maar het geschiedt ten- XVX m'nste een heel eind buiten Schiedams be woonde wereld. Op een ordeloos met onkruid begroeid veld aan de Schie knettert een van alle luxe ontdane bromfiets voort. Erop zit staat is beter om schreven een in strakke leren broek, glanzend jack en stevige helm verstopte jongeman, die met zijn motortje lezen en schrijven kan. Met grote snelheid raast hij over de dunne paden, zweeft over de bulten en slipt door de bochten. Aan de kant van het veld staat John Cohen (27), een donkere man met snor. Hij knikt goedkeurend als hij de motorrijder een sprong van een meter of vijf ziet nemen. Hij zegt: „Die jongen hééft het. Hij is de beste rijder van mijn team. Mijn team heet JCS; dat betekent John Cohen Speciaal. Ons tweede team in de vereniging is De Favo riet. Daarin rijden Aad de Rooy en Hans Damme. Zij rijden op Sachs. Mijn motor is van Kreitler. Het gaat ons wel goed tegenwoordig. We zitten regelmatig bij de eerste tien op de wedstrijden." John Cohen is voorzitter van de Cross Club Schiedam. Op het veld staat een oude autobus, waarop een groot bord aangeeft dat het het trotse clubhuis van de Cross Club is. Dat wil zeggen: trots waren de leden van de club er slechts tot onlangs op. Want zoals de bus er thans bijstaat is het geen accommodatie meer om fier mee te zijn. Kwajongens hebben de bus tot een gammel blik vernield; alle ruiten werden ingegooid en de deur werd uit zijn voegen getrokken.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1967 | | pagina 21