HET
WOONWAGEN
KAMP
Foto's Rob Collette
Vicieuze cirkel
§5»
112
Een bijkomende moeilijkheid is, dat men duidelijk weet
langs welke weg het probleem is ontstaan, maar die weg
is niet meer geschikt om het uit de weg te ruimen. Men kan
van het probleem, dat de woonwagenkampen in deze
samenleving beginnen te vormen de schuldigen aanwijzen:
de overheid, de gevestigde samenleving en de woonwagen
bewoners zelf. Het kan onder woorden worden gebracht
met de grote noemers: sociale achterstand, isolement
en onbegrip. Men kan echter niet deze noemers tegen
elkaar weg laten vallen, afbraak van het één houdt nog
geen doorbreking van het andere in. Het enige dat men
op het ogenblik kan doen is een aanwijzing geven in hoe
verre deze noemers van belang zijn en er welbewust naar
streven dat van alle zijden wordt geprobeerd ze alle drie
tegelijkertijd op te heffen.
Een van de belangrijkste vragen hierbij is wie voor
die achterstand van de woonwagenbevolking de schuldigen
waren. Algemeen wordt tegenwoordig gezegd: alle drie.
De woonwagenbewoners, de overheid en de gevestigde
maatschappij. Ze zijn echter niet te onderscheiden. Het
probleem is gegroeid in een wisselwerking. Een parasi
taire houding lokte in een zeer confessioneel staatsbestel
een berucht geworden woonwagenwet uit. De woonwagen-
wet dreef de mobiele bevolkingsgroep in een zeker isole
ment door ze van de ene plaats naar de andere te ver
wijzen. Hun parasitaire houding kwam daarmee nood
zakelijkerwijs steeds meer op de voorgrond waardoor ook
de relaties met de gevestigde bevolking verslechterden
hetgeen op gemeentelijk en provinciaal niveau meestal
weer allerlei beperkende bepalingen voor de woonwagen
bevolking opleverde.
De woonwagenzorg, die voordien niet eens zo heel
erg slecht was raakte hiermee in een vicieuze cirkel die
dan nu als resultaat heeft opgeleverd een groep in onze
samenleving, die sociaal en maatschappelijk gezien ver
achter is geraakt, geïsoleerd leeft en dat ook niet tracht
te doorbreken en het onbegrip dat ze in de gevestigde
maatschappij ontmoet, geneigd is allereerst met hetzelfde,
onbegrip tegemoet te treden.
De gevolgen die dit heeft gehad zijn duidelijk.
Sociaal gezien is deze groep, gemeten naar de vooruit
gang van de gevestigde maatschappij tot de achterblijvers
gaan behoren. Met grote afstand in geest en tijd neemt zij
de verworvenheden van buitenaf over, daarbij nog ge
remd door een eigen subcultuur en bijkomende verschijn
selen als gebrekkige kampaccommodatie cn geringere
mogelijkheden.
Dit alles maakt dat zich door de vooruitgang van de ge
vestigde samenleving een scheiding heeft afgetekend, die
tot op dit ogenblik steeds wijder dreigt te worden.
Een van de voorwaarden voor het slagen van een veel
zijdige aanpak van het woonwagenprobleem is een be
hoorlijk woonwagenkamp. In een kleine standplaats met
nauwelijks een waterpomp en verder geen enkele voor
ziening is het eenvoudig onmogelijk om iets te onder
nemen.
Voor het onderwijs alleen al is het bijvoorbeeld nood
zakelijk dat er op het kamp permanent voldoende wagens
aanwezig zijn. Verbeteringen op dit gebied zijn dan ook
alleen maar te realiseren wanneer men op grote schaal
overgaat tot de oprichting van regionale woonwagen
kampen, waarbij de gedachte uitgaat naar kampen ge
schikt voor zestig tot tachtig wagens.
Enige van de Rijnmondgemeenten zijn met dergelijke
plannen al enige jaren geleden op tafel gekomen en het
moet gezegd, het was en is noodzakelijk.
•-'-.-V v.
Van veraf is al duidelijk, dat de toestand op het Schie-
damse woonwagenkamp verre van ideaal is. Van de weg