ELS KLOOS ROB HOU
begaafde conservatoriumleerlingen
- alf en bas -
op drempel van toekomst
Door
L.W.G. Bakker
Folo'S:
Richard Henke
63
ZE zingen allebei.
Els Kloos, 22 jaar, Schiedamse:
„Er mochten geen vrouwen op het
koor van de katholieke kerk komen.
Maar ik was nog een meisje, dus mocht
ik wel mee."
En Rob Holl, 21 jaar, van Overschie:
„Ik kwam bij een jongenskoor, toen
ik een jaar of zeven was. Er zijn nog
maar een paar jongenskoren. Het komt
omdat ze in de kerk..-ze willen iets
vernieuwen; ze houden de rotzooi, ze
smijten de mooie dingen overboord.
Ze nemen Land of hope and glory, een
ordinaire tekst en dat zingen ze dan in
de kerk en ze denken dat ze de mensen
amuseren."
Beiden zijn begaafde leerlingen van
het Rotterdams Conservatorium. Rob
Holl mocht het vierde jaar overslaan
en zal nu de hele studie (volgend jaar
klaar) in vijf in plaats van de gebruike
lijke zeven jaar doen. Ben je dan eigen
lijk erg goed?
Rob Holl: „Nou ja, goed."
Els, die zelf het eerste jaar oversloeg
en die in mei examen doet, knikt
beamend„Ja. Het is wel goed, hoor."
Els Kloos heeft „altijd al gezongen";
zat op de Schiedamse Muziekschool
„toen ik nog klein was"; kwam bij het
Graalkoor van Paul van der Putte;
kreeg van Jos Vranke het advies haar
stem in ontwikkeling te brengen; ging
naar George Stam van het Rotterdams
Conservatorium, „die het je altijd eerst
afraadtmaar je hebt idealen en je ziet
nog niet de struikelblokken."
Rob kan een zelfde verhaal vertellen.
Na het jongenskoor, waar hij na de-
baard-in-de-keel af moest, deed hij een