106
antenne omwaait is er ook geen installateur, of schoor
steenveger als je het hem zou vragen, die het dak op
gaat om het ding recht te zetten of weg te halen. Wij
wel. Omdat er mensen gewond zouden kunnen raken
als hij omlaag komt. En wij hebben de apparatuur er
voor."
Dan volgt de verzekering dat de Schiedamse brand
weer overtuigd is van het vakmanschap van Borrani. De
eigenaar van een uitgebrande schoorsteen moet altijd een
briefje laten zien, waarop staat wie hem de laatste keer.
en wanneer, geveegd heeft, Dat is nooit het briefje van
Borrani. „Die man verstaat zijn vak," zegt commandant
De Jager, „daar zijn we van overtuigd. Maar laat hij
alsjeblieft niet praten over dingen waar hij niets van
weet.
Ik heb grote bewondering voor vakbekwame schoor
steenvegers en ik zou er best een paar bij de vrijwillige
brandweer willen hebben. Ze lopen als katten over een
dak en we hebben in het korps geen mens, die het ze
nadoet. En ze zouden er zelf nog heel wat van kunnen
opsteken."
De heren De Jager en Keuzenkamp zijn aan het eind
Heel voorzichtig rukkend wordt de ramoneur
naar beneden gevierd. Een brandweerman
houdt de buis vast, de ander trekt aan de ket
ting. Geen omgetrokken schoorstenen zo.
van het gesprek al weer heel wat vriendelijker. Ze heb
ben kunnen spuien wat ze dwars zat en meneer De Jager
belooft een schoorsteenbrand te ensceneren voor de fo
tograaf. „Desnoods", zegt hij, „gooi ik er een rookbom
in om het zo „echt" mogelijk te maken."
Dat is niet nodig. We zijn al tevreden met brandweer
mannen, via de Magirusladder, op het dak van een leeg
staand huisje aan de Hoflaanstraat achter de kazerne
met alles wat nodig is om een schoorsteenbrand te blus
sen.
„Als je de mensen kon verplichten goede antraciet te
stoken zou er al heel wat minder narigheid zijn" zegt de
heer De Jager. Dat kan niet. Maar aardgas en oliestook
geven al heel wat minder vuiligheid in schoorstenen en
dus ook minder kans op brand. En brandweermannen
horen tot het kleine groepje mensen, die er naar streven
werkeloos te worden, dus dat is dan een klein gunstig
puntje.
PETER SCHÜTZ