Afscheid „met
in het h
pijn
a
Directrice gemeentelijke
bibliotheek verlaat Schiedam
157
Mejuffrouw r. g. p. visser,
directrice van de gemeentelijke
openbare leeszaal en biblio
theek, gaat Schiedam na 31 jaar ver
laten. Ze doet dat, ondanks de positie
verbetering die de nieuwe junctie met
zich brengt, met pijn in het hart.
,,1 k heb hier 31 jaar fijn gewerkt.
Ik heb veel beleefd in die jaren en ik
heb hier veel vrienden en kennissen
gemaakt, die ik niet zonder meer
vaarwel kan zeggen. Daarom verlaat
ik Schiedam niet helemaal. Al werk
ik hier dan niet meer, ik blijf in
Schiedam wonen en ik ga voorlopig
met de trein op en neer naar Am
sterdam."
In de hoofdstad wacht mejuffrouw
Visser een functie aan de bibliotheek-
en documentatieschool, waar ze toe
komstige bibliothecarissen en biblio
thecaressen zal gaan opleiden.
„Deze opleiding is wel zeer nodig
geworden. Ons vak evolueert vooral
de laatste jaren voortdurend. Dat
vergt van een personeelslid van de
bibliotheek heel wat. Het is voort
durend bijblijven, voortdurend stu
deren en kennis nemen van moderne
ontwikkelingen."
De evolutie van het vak is voor
mejuffrouw Visser ook een van de
aanleidingen geweest om van functie
te veranderen. „Ik heb hier nu 31
jaar gewerkt. Ik ben begonnen als
assistente in opleiding en heb lang
zaamaan mijn huidige positie be
reikt. Ik vind het echter naar door te
gaan op eigen ervaringen en op
dingen die je af en toe oppikt. Ik
geloof daarom dat het goed is, dat
ik plaats ga maken voor een nieuwe
kracht. Dat is goed voor het bedrijf
en ook voor mezelf, omdat ik nu in
mijn nieuwe functie de kans krijg om
kennis te nemen van modernere ge
dachten over het vak van bibliotheek-
directrice."
In de 31 jaar, die mejuffrouw
Visser in Schiedam (werkzaam) heeft
doorgebracht, hebben zich tal van
grote veranderingen voorgedaan.
„We hebben in de jaren zestig een
grote verandering meegemaakt, toen
de samenwerking ontstond met
de katholieke openbare bibliotheek.
Eigenlijk is dit ook de beste oplossing.
We kunnen nu beschikken over meer
boeken en geld wordt niet verspild,
wanneer een goed overleg aanwezig
is over aankopen. Bovendien heeft
deze verandering voor de leden van
de bibliotheek een verruiming van de
keuze met zich gebracht. Verder heb
ben we ons druk beziggehouden met
de schoolbibliotheken. Ik moet zeg
gen dat oud-wethouder Sabel zich
hier volkomen voor heeft ingezet.
Mede door zijn hulp zijn we als bi
bliotheek in staat geweest lagere
scholen een eigen bibliotheek te ge
ven. Dit zou nog uitgebreid kunnen
worden tot de middelbare scholen.
Een andere ontwikkeling waarin de
bibliotheek meer naar buiten treedt
heeft betrekking op onze service in
de ziekenhuizen. We gaan met boe
ken langs de patiënten en zorgen op
die manier voor wat ontspanning in
het ziekenhuis.
Een ontwikkeling, die ik graag
meer had willen stimuleren is de uit
lening van grammofoonplaten. In het
buitenland is het de gewoonste zaak
van de wereld dat men grammofoon
platen in een bibliotheek kan lenen.
Hier is dat nog niet overal. Het vergt
natuurlijk een grote investering, om
dat je direct met een goede collectie
moet beginnen. Bovendien moet je
direct nieuw en anders geschoold per
soneel aantrekken, om nog maar niet
te spreken over de aanschaf van
apparatuur. Wel zou ik me kunnen
voorstellen dat we klein zouden kun
nen beginnen, wanneer we platen
zouden uitlenen met stemmen van
schrijvers en dichters. Er is ook veel
uitgegeven op dit gebied. Maar, de
financiën ontbreken nu eenmaal.
Voor de toekomst zie ik hier echter
veel in."
Mejuffrouw Visser verlaat de bi
bliotheek in een periode van bloei.
De ups de crisisjaren waarin de
bibliotheek voor werkloze arbeiders
een bron was voor nieuw studiema
teriaal en de downs de oor
logsjaren die voor de bibliotheek een
uitdunning van de collectie boeken
betekenden door de ingreep van de
Duitsers heeft mejuffrouw Visser
meegemaakt. Ze heeft meegewerkt
aan de bloei waarin de bibliotheek
zich nu bevindt.
„De bibliotheken staan weer in het
middelpunt van de belangstelling. De
jeugd voelt zich hier thuis, of liever,
is hier thuis. Wat is, samen met de
stijgende lijn in het aantal leden, nog
mooier?"
J. DAALMEYER