SG-voorziller
E. A. leenderts
neemt
afscheid
door H. Kuiper
66
Dertig april jl. hield de heer E. A.
Leenderts op voorzitter te zijn van de
Stichting Schiedamse Gemeenschap.
Hij zegt het zelf, thuis in de Prins
Bernhardlaan, maar op het SG-kantoor
is er enige verbazing. Dertig april?
Die datum staat nergens genoemd. Ja,
op 16 april werd hij zeventig jaar,
dat wel."
E. A. Leenderts had besloten deze
functie neer te leggen als hij zeventig
zou zijn. Dat was 16 april. E. A. Leen
derts is een man, die zich zijn lange
leven lang heeft gehouden aan de be
sluiten die hij zelf nam. En daarom is
dus 30 april hij gaf zichzelf nog
14 dagen uitstel de datum, waarop
de SG zonder voorzitter kwam te
zitten.
Een geboren Schiedammer heeft tot zijn zeventigste een goed deel
van zijn tijd en zijn werkkracht gegeven aan de Schiedamse Gemeen
schap, maar vindt het nu tijd om te gaan. De heer E. A. Leenderts zal
iets meer in zijn gastvrije huis aan de Prins Bernhardlaan te vinden
zijn, ongetwijfeld ook tot genoegen van zijn vrouw.
De laatste voorzitter van de SG houdt nog aan de functie van gedele
geerd commissaris, tevens voorzitter van de directie bij de N.V. Elektro-
stoom, het bedrijf waarbij hij begon als „knulletje op de tekenkamer"
en waarvan hij naderhand directeur werd. Eén internationale functie
in een groep van fabrikanten zal hem ook nog bezighouden, de vele
overige (o.m. de RAI) heeft hij afgestoten.
De heer Leenderts is altijd bereid te zeggen, hoe hij erover denkt, en
is dan ook niet te beroerd om er „iets aan te doen". Dat kenmerkte
hem al op zijn twintigste: na een gesprek met pater H. J. Mickling-
hof O.P. richtte hij toen met een aantal anderen de katholieke voetbal
vereniging Excelsior op. Een daad, die hem in Schiedam vooral grote
faam bezorgde. Hij werd de eerste voorzitter en bleef dit 26 jaar.
Is het noodzakelijk om bij het af
scheid van de heer Leenderts zijn
portret ten voeten uit te schetsen? Het
is een aantrekkelijke gedachte, maar er
zou veel overbodigs in komen te staan.
Zo velen kennen de heer Leenderts
van nabij, dat het portret weinig meer
dan een blik van herkenning zou
oogsten.
Daar komt nog iets bij. Met de heer
Leenderts heeft de SG „oude stijl"
haar laatste voorzitter gehad. Een SG
„nieuwe stijl" gaat de zaken binnen nu
dan toch afzienbare tijd overnemen.
Behalve de man, die vijf jaar voor
zitter, drie jaar secretaris en sinds de
oprichting lid van het dagelijks bestuur
was, zouden we ook de oude Stichting
moeten „uitluiden". Wat is er tegen
hèm dat te laten doen in de vorm van
dit interview?