Zondagsschilders exposeren Spontaan ongekunsteld werk doa »r Mien van Maanen De tentoonstelling omvat 80 schilderijen van naïeve schil ders uit bijna alle landen van Europa. Ook Nederland is ver tegenwoordigd, en wel met 8 schilders, waaronder Pieter Hagoort uit Grotebroek, de gewezen bestuurder van de paardetram in Enkhuizen en gepensioneerde postbode, aan wie de eer te beurt viel om met een eerste prijs op de inter nationale manifestatie „Naïeven 70" in Zagreb (Joegoslavië) uit de bus te komen. De tentoonstelling in het Stedelijk Museum is tot stand gekomen in samenwerking met de heer L. Gans, directeur van de Albert Dornestichting, een stichting die het tekenen en schilderen in vrije tijd stimuleert, door het organiseren van wedstrijden, het geven van voorlichting, het samenstellen van een collectie en het tentoonstellen van werken van zondagsschilders. De naam zondagsschilders zegt het al, dat het geen profes sionele kunstenaars zijn waarvan het werk getoond wordt. Het is de wereld van de huisvrouw, de metaalbewerker, de melkboer, de industrieel, de kapper en de fietsenmaker, die in hun vrije tijd met penseel en verf gaan toveren. Zij werken zonder pretentie, niet primair met de bedoeling „kunst" te maken, maar gewoon om zich uit te schilderen. Het heeft tot in de 20ste eeuw geduurd voor de kunst van de zondagsschilder gewaardeerd werd en voor men hem ook als een echte schilder ging beschouwen. Men kon nog wel eens goedmoedig, vriendelijk en zelfs neerbuigend over hem praten, „een zondagsschilder schildert immers naïef, hij kent de wetten niet, die men op de Academie stelt. Daar leert men hoe men perspectief moet schilderen, men kent de suggestie van plasticiteit en volume, men bestudeert de anatomie, de stofuitdrukking en de weergave van kleuren, die de dingen in werkelijkheid hebben. Een zondagsschilder heeft daar geen weet van." Nee, hij bezoekt immers geen Academie, maar schildert geheel zoals hem dat zelf ingegeven wordt, spontaan en on gekunsteld. De kunstenaars van de Academie negeerden de vrije-tijds-kunstbeoefening van de Naïeven als zijnde dilet tantistisch, de wereld van de beeldende kunst was niet hun terrein. Deze instelling veranderde, vooral toen omstreeks 1900 een aantal avant-gardistische kunstenaars, met Picasso als leider, de waarde van de naïeve schilderkunst ontdekte. Deze kunstenaars voelden zich verwant met de naïeve schil ders, want zij hadden zich van de officiële kunst verwijderd door zich aan de academische discipline te onttrekken. Niet voor niets komt in deze tijd een belangstelling op voor de kunst van primitieve volken, die immers ook volgens eigen normen te werk gaan, zonder bepaalde academische stelregels in acht te nemen. Sinds de ontdekking van het werk van de Parijse douane beambte, bekend geworden als Rousseau le Douanier, be hoort de naïeve schilderkunst officieel tot het domein van de kunst der 20e eeuw. De laatste jaren is zelfs sprake van een zeer grote belangstelling voor de naïeve schilders en zij worden niet meer als dilettanten beschouwd. Niet iedere zondagsschilder draagt de kenmerken van de naïeve schilder. Waar de amateurschilder de wereld om zich heen benadert vanuit een intellectualistische zienswijze een manier van kijken dus, die gericht wordt door kennis van de dingen en door inzicht in kwesties als anatomie, perspectief en kleur daar heeft de naïeve schilder een gevoelsmatige benaderingswijze, waarbij niet de kennis, maar de intuïtie bepalend is. De naïeve schilder zal ook geen routinewerk maken, ieder schilderij zal voor hem weer nieuwe problemen geven, die hij moet zien op te lossen. In tegenstelling tot de amateurschilder zal hij ook makkelijker de grens van zijn technische mogelijkheden overschrijden. Hij kent geen grens van zijn technisch kunnen, maar zal de moeilijkheden op zijn eigen manier wel verwerken. De navolging van de professionele kunst, die de activiteiten van de amateurschilder kenmerkt of dit nu overname betekent van een traditioneel academis me of imitatie inhoudt van de heersende stromingen is de naïeve schilder vreemd. Het werk van de naïeve schilder is vaak koel observerend, het is niet zijn bedoeling er een diepere inhoud aan te geven, het is een werkelijk verslag van de wereld om hem heen. Zijn werk is dan ook haast altijd anekdotisch en beschrijvend van aard, zonder dubbele bodem. Steeds zal de eerlijkheid van de soms naïeve bedoelingen naar voren springen en dat is juist de grote charme van deze schilderijen. De vrijheden die de naïeve schilder zich veroorlooft ten aanzien van perspectief, kleur, enz., zijn niet als afwijkingen bedoeld in de zin van de deformaties of stileringen, die wij uit de moderne kunst kennen. Hij is er juist van overtuigd alle regels voor een exacte voorstellingswijze na te leven. Hij probeert natuurgetrouw zijn voorstellingen weer te geven en legt zich in dit opzicht evenzeer een strenge discipline op als de meest traditionele academische schilder. Over het algemeen komt het werk van de zondagsschilders weinig op de voorgrond. Men werkt voor familie- en kennissen kring, maar daarbuiten krijgt deze kunstvorm maar weinig bekendheid. Daardoor zijn deze zondagsschilders vaak moei lijk te achterhalen. Een aantal van hen zijn naar voren ge komen naar aanleiding van schilderwedstrijden die de Albert Dorne Stichting de afgelopen jaren in verschillende Europese landen heeft georganiseerd. De Albert Dorne Collectie van Naïeve Schilderkunst werd dan ook voor het grootste deel samengesteld uit het werk van deze onbekende zondags schilders. Ook in Schiedam en omgeving blijken nog vele liefhebbers van penseel en verf in hun vrije tijd te schilderen. In een zelf geschapen ateliertje, aan een bureau in de huiskamer, of zo maar in een hoekje op zolder, of op de punt van de keuken tafel, werden naïeve kunstwerken geboren. Naar aanleiding van krantenadvertenties met de vraag naar adressen van zondagsschilders, kwamen verschillende reacties op het Stedelijk Museum binnen. Al deze schilders werden bezocht, mappen met tekeningen werden te voorschijn gehaald, schilderijen kwamen van de muur of werden uit een kast ge toverd. Met enthousiasme werden herinneringen opgehaald „toen was ik met vakantie, en hier bij dat bruggetje stond zo fijn dat paard hè, en dit is een kalenderplaat die mijn vrouw me liet zien en waarvan ik die wolken zo mooi vond, dat ik dacht: laat ik dat ook eens proberen." Een wereld van belevenissen, van vreugde in het zien van de dagelijkse dingen om ons heen, en dat in de vrije tijd met een intens gevoel en een liefde tot het onderwerp, vastgelegd in schilderijen. Het Stedelijk Museum maakte een keuze uit deze werken. Zij worden tevens gedurende de expositie van de Collectie uit de Albert Dorne Stichting tentoongesteld.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1970 | | pagina 6