Pralen mei Frits Henderickx:
Een gesprek in onderschriften
124
Pralen met de twee gebroeders
Henderickx is telkens weer anders.
Logisch. Je ziet ze eigenlijk nooit als
daar niet een directe aanleiding toe
is. In de gangbare kunstenaarsgcle-
genheden worden ze zelden waarge
nomen. Ze komen niet in Pardoel,
niet in de Kunstenaarssociëteit en
nauwelijks op de openingen in liet
Stedelijk Museum.
De gebroeders Henderickx leven zo
hun eigen leven en dat maakt ze juist
zo aardig. Je ziet ze nooit maar ze zijn
er wel degelijk en met de regelmaat
van een klok doen ze daar ook op
overtuigende wijze kond van.
Het lijken berichten uit het niets,
de dingen die je van André en Frits
Henderickx waarneemt. Plotseling
lees je: „Enige dagen geleden werd
in die en die kerk een gebrandschil
derd raam van Andre Henderickx
onthuld1", of „daar en daar is
een glasplastiek aangebracht", of
„dan en dan wordt een keramiek
van zeven meter hoogte aange
bracht", of, zoals laatst, „op elf sep
tember onthulde ZKH Prins Bern-
hard in het Bolsgebouw te Nieuw
Vennep een marmerplastiek". Groot
te, pakweg zeven bij vijftien meter.
Maker: Frits Henderickx uit Schie
dam. Niemand die er van te voren
ook maar iets van heeft gehoord. Als
of het maken ervan geen cent moeite
kostte.
Niets is minder waar. Een dik jaar
is aan de plastiek gewerkt. En hard.
In het atelier aan de Oude Sluis, door
de Bedrijfsschool van Wilton Fije-
noord, door het atelier Flos in Lim
burg dat in opdracht van de broers
werkte en door de zetters die de plas
tiek in het Nieuw Vennepse hebben
aangebracht.
„Een gigantisch werk", zegt Frits
Henderickx er zelf van en hij laat
foto's zien ten bewijze. Foto's van de
eerste schetsen, van het ontwerp (dat
later nog even ter verduidelijking te
voorschijn wordt gehaald) van de
werktekeningen en van de definitieve
kartons waarmee de uitvoerders aan
de slag zijn gegaan.
Echt vertellen over het werk doet
hij weinig. De plaatjes moeten het
doen. Zijn bijdrage blijft beperkt tot
het leveren van enig commentaar; een
gesprek in onderschriften.
„Hier", zegt hij en hij legt een
paar foto's naast elkaar, „zie je hoe
zo'n werk zich ontwikkelt. Hoe het
evolueert, terwijl je eraan bezig bent.
Die partij daar in de hoek is bijvoor
beeld nooit uitgevoerd. Daar is ge
leidelijk aan dit voor in de plaats ge
komen. Een veel sterkere vorm zie
je wel, veel harder".
Over het tot stand komen van de
niuurplastiek deelt de bak foto's ook
het één en ander mee. Frits Hende
rickx, heel klein onderaan, bezig aan
de gigantische werktekening, schaal
één op één, waarvoor hij gebruik
moest maken van een schoolzolder
aan de Nassaulaan. De bedrijfsschool
van Wilton Fijenoord waar de ko
peren onderdelen van de plastiek zijn
vervaardigd. „Ze waren dolenthou
siast. Logisch natuurlijk, want hieraan
meewerken was even wat anders dan