SIEF
HENDERICKX
Robert Collette
FOtO:
189
Dit is de tweede keer in vijf jaar dat
er in het Kerstnummer foto's verschijnen
van het werk van Sjef Henderickx. De
eerste maal was in december 1965, toen
er op de omslag van het blad een foto
stond van een kerststalletje, dat hij op
jeugdige leeftijd had geboetseerd.
De aanleiding nu is veel belangrijker.
In het Stedelijk Museum hangt op het
ogenblik een groot aantal etsen, gouaches
en tekeningen van Sjef Henderickx. Met
het grafisch gedeelte van dit werk won
hij dit jaar de drempelprijs voor grafiek
van de Rotterdamse Academie voor
Beeldende Kunsten. In die vijf jaar
(avond)-academie heeft Sjef Henderickx
(26 jaar, Schiedammer, zoon van glaze
nier André) zich ontwikkeld tot een
kunstenaar, voor wie de kenners zeer
veel bewondering hebben en daarvan ook
blijk hebben gegeven. Na exposities in
Hamburg en in de Doelen kreeg hij de
gelegenheid zijn werk ten toon te stellen
in de Kunstzaal Zuid in Rotterdam.
Daar maakte Stedelijk-Museumdirec-
teur Hans Paalman kennis met de pren
ten van Sjef Henderickx en „boekte"
hem onmiddellijk voor een expositie in
het Museum in Schiedam.
Een voor Sjef Henderickx vererende,
maar voor Schiedam vooral leuke, be
slissing van Hans Paalman, omdat de
Schiedamse kunstenaar bewezen heeft
dat hij zonder moeite met zijn werk een
boeiende éénmanstentoonstelling kan
„vullen". Niet alleen in vorm of kleur
zijn de prenten van hoog gehalte, ook
de techniek, waarmee hij zijn grafisch
werk maakt is zeer interessant. Met
name geldt dit voor de „monotypes";
etsen die maar één keer kunnen worden
afgedrukt. Op een etsplaat waar de
structuur al in is aangebracht legt hij
verschillende materialen, waaraan een
bepaalde vorm gegeven is. Die stukjes
gordijnstof of twijgjes worden dan
meegeïnkt en met de etsplaat afgedrukt.
Daarnaast heeft hij ook een aantal
zogenaamde „droge naald etsen" ge
maakt. Een zeer inspannende techniek,
waarbij met de etsnaald direct in de
plaat gekrast wordt, in plaats van in
de was.
Voor zijn onderwerpen gebruikt Sjef
Henderickx veelal de mens en probeert
een relatie te vinden tussen die mens en
zijn omgeving. De mensen zijn dan ook
bij hem geen gewone mensen. Het zijn
vreemde opengewerkte kubusvormige
figuren. De hoofden zijn vreemde grote
vormen, ook opengewerkt met daarin
soms teksten uit kranten. De gouaches
zijn veel in schitterende pasteltinten,
maar ook als er hardere kleuren worden
gebruikt lijken de vormen zacht. De
potloodtekeningen zijn in dezelfde stijl:
een beetje surrealistisch. Niet alleen uit de
kleuren maar ook uit de lijnen spreken
emoties als waren ze door een cardio-
graaf op het papier gezet. Veel van de
prenten in het museum zijn al geen eigen
dom meer van Henderickx. Aankopen
door particulieren en door de Rotter
damse Kunststichting hebben zijn bezit
uitgedund. Wie nog een echte Hende
rickx van dit jaar in zijn bezit wil
hebben, zal zich moeten haasten.
KEES WEEDA