151 Brengen hoe zij 't hart versagen Zoo veel schade en leed niet aan Stormen hoe zij woên in 't ronde Sparen manschap vaak en kiel Maar der driften storm en zonde Dooden reddeloos de ziel. liigen heil en 't heil van andren Voor te staan met de eigen drift Bleef het gloeijend voor elkandren Diep ons in het hart gegrift Vrede zou op aarde dalen Vrede wonen in elks hart Bn de reinste vreugdestralen lichten in den nacht van smart, 't Heerlijkst loon staat elk te wachten De eerkroon blinkt aan 't eind der baan Wat ontvlugte uit uw gedachten Aardsche pelgrimsdenkt er aan. J. van Harderwijk Kzv.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1838 | | pagina 191