165
gescheiden zij teeren en smeerenzij
speelen botje hijmaar de winst kunnen zij
wel in een wetsteen knoopen, of een paard
kan dat wel in zijn vuist vattenzij reke
nen op crediet, maar Jan Crediet is dood, het
is rekenen buiten den waarddie scheldt niet
kwijt, maar schrijft met dubbel krijt, en
lang borgen is toch nog geen kwijtschelden
er hangt wel uit: van daag om geld, en morgen
om niet, maar er staat een schaar boven
het is daar, geld bij de visch tapt hem, maar
borgt hem niet eindelijk raakt de lei vol
zij gaan terug als een paard dat loopt het
raakt O. P. en veel staat er achter de deur;
nu is het dokken of snijden dan bakt men
zoete broodjes; had ik komt dan voor den dag,
maar had ik kwam te laat geen grooter
i'ouw dan 0111 geldverlies -nu moet men
kiezen of kavelen, bedelaar of diefmen
verkoopt zijn lijf aan de snijkamer, en sterft
als een Keizer in het gasthuis.
Nog anderen onder u, Toehoorders! denken,
het huwelijk zal alles betalen bij hen is het