Verkoopt nimmer de huid, voordat gij den
lieer gevangen hebt, en werpt geene oude schoe
nen weg, voordat gij nieuwe bezit.
Betaalt wat gij haalt, want die zijn' schulden
betaalt, verarmt niet.
Springt nooit verder dan de pols lang is, en
neemt, op eenmaal, niet te veel hooi op den
vork.
Deelt van uwen overvloed mede, want de
winnende hand is mild.
Zijt dan trouw als goud en rein als zilver;
denkt altijd: veel kleintjes maken één groot;
en dat Vuren eene sohonne stad is, die aan
'l Sparen ligt spaart dus wat, dan heb je
wat.
Dit alles in acht nemende, zal het eind den
last niet dragen, uwe rekening zal sluiten, en
een batig saldo Uw aller deel zijn.
P. vaw Waesbebos.
Rot tfitlum.