olptj zien tmn {^(tren
C. J. van OECKELEN'S
Anaroïae-titarinettisit.
nier wordt promeiheüs' vond, van 't fabelkleed ontdaan,
In werkhjkheidgebragt, door 't Neèrlandsch kunstver-
mogen
Het onbezielde leeft neemt toon en geestdrift aan
Verteedertboeitverrukt en houdt ons opgetogen.
Heb, kunstnaar, driewerf dank voor 't geen uw hand
volwrocht.
Uw schepping wint den prijs op wat ooit vreemdling toonde:
o Dat dan 't Vaderland uw werk erkennen mogt
Endaar 't u lauwren boodzich-zelf den schedel
kroonde!
Breda, Mei, 183S.
Ja* J. F. Wap.