78
Ook onbezonnen drift deed liier van 't spoor verdolen
»Gij zijt«dus sprak de vorst»wel mal met uwen molen
»'k Heb uit welwillendheid u't koopen voorgesteld,
«Maar weetdat ik het al kan eignen zondei geld
«Ik ben hier meester Gij wij moesten dan niet
weten
«Hat ginder in Berlyn nog Regters zijn gezeten.»
De koning in de ziel getroffen door dat woord
Waardoor hij duidelijk en onbewimpeld hoort,
Dat men nog in zijn rijk op Regters durft vertrouwen,
Lachtkeert zich omen zegt Wij zullen dan maar
bouwen
«Zoo als wij kunnen, en gij buurman 1 houd uw goed.»
Zeg, of men immer in een vrijstaat beter doet?
Het best is echter niet te veel daarop te bouwen.
De koning, die zich hier regtvaardig wist te houën
Deed heel wat anders als 't hem maar gelegen kwam.
Dit tuigt onszeekre tijd toen hij Silezie nam
Toen hij pas op den troon niets droomde dan Victorie
Europa zette in vlam uit zucht naar krijgsmansglorie»
Ziedaar der vorsten doen geloof wat ik u zeg
Men laat een molen staan en neemt een landschap weg.
Breda, November 1834.
A. J. VA» BKR Aa.