MAAS-LVHT.
(Januarij1838.)
Nu zijn er weder bladeren aan de boomen
schepen en schuiten op het water, hoeren en
dames in elegant zomerkostuum de kagchels
staan op zolder de schouwburgen bezwijmen
en sluiten met eenige flaauwe afgespeelde
stukken, want de laat ondergaande zon kijkt
door de vensters dezer inwendig verlichte pop
penkasten voor groote kinderen. 0 voor eeni
ge maanden was het anders. Herinnert u
mijne waarde stadgenootenherinnert u aan
die onvergetelijke Zondagen van Jannarij, za
liger gedachtenis. Denkt met aandacht en
gevoel aan den zilveren stroomdie uwe stad
haren ouden naam geeft. Denkt aan dien effen,
spiegelgladden vloer, welke zoo vaak door