97 7 Het snijdt mij door de ziel Wie kan dien angst ver dragen Wie redt mij van dien vloek Mijn aangebeden kind Welk onheil naakt mij Dwaas I wat zwetse ik in den wind Weg, hofnar! 'k ben hier meer, en van een eedier j stempel Ik word een ander mensch betrede ik deren drempel Vergeten zij mij thans de wereld die 'k verlaat In 't stil verblijf der deugd verstomm' voor 't minst het kwaad. K. N. M.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1839 | | pagina 133