101 in apollo's heiligdom en sloeg ik nu of dan een' der talrijke dichtbundels opendie mij door anderen geroemd en aanbevolen waren het klonk mij niet Ilollandsch in de ooren. Ik wierp het boek uit de handen greep naar iets van den éénigenen vond daar Mijn spraak in al heur overvloed. Lang reeds brandde ik van verlangen om den man te zien die mijne ziel zoo onverdeeld bezig hielddoch bij gemis aan bekenden die mij daartoe in de gelegenheid konden stellen bleef dit onbevredigd. Ik had echter vastelijk beslotenom wanneer ik te Ley den(toen maals nog zijne woonplaats,) mogt komen, geen middel onbeproefd te laten om buderihjk te zien en te spreken. Eindelijk riepen betrek kingen mij naar Leydens grijze vest. Een mijner vrienden vergezelde mij. Wij hadden beide dezelfde zaken te verrigten, en tevens beide, hoewel van elkander onbewusthetzelfde voor nemen om BiLBERruK te bezoeken. Tegen den avond ontmoetten wij elkander, van verschil lende zijden komendedigt bij zijne woning

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1839 | | pagina 137