145
10
jar van Beyeren ten deel zoude gevallen zijn, indien
de Graaf niet gevreesd haddat hij de hem van deze
zijde toekomende regten nimmer naar belmoren ge
nieten zoude en hem derhalve in plaats der regten op
de stad Oudewater en het Huis te Rivier niet het
land van f'oornc ten erfdeel aangewezen had
In 1405 toog wouter van Mathencssc gelijk vele an
dere edelen met willeb VI tegen var arkel op (f)
maar mogt deze onderneming niet lang overleven. Hij
stierf namelijk den 14 Januarij des volgenden jaars
nalatende drie zonen adriaar Hubert en jar.
Adriaar de oudstevolgde hem op den jongsten zullen
wij hierna met een enkel woord om zijne kinderen
vermelden.
Ka wouters dood, gaf Graaf willeb VI, al zijne
goederen weder in erfelijk leen aan zijnen zoon adri
aar; uitgezonderd het Huis te Rivier met zijn tocbe-
hooren dat hij hem slechts voor zijn leven schonk
met behoud der vrije beschikking over hetzelve
na adriaars dood, niettegenstaande zijne voorvaders
het van de oudere Graven en met name van willeb IV
reeds in erfelijk leen gekregen hadden.
Zie Vr. ,1. Vad., 211 Deel No VI tl. -136, cn de aldaar
uangeiiaalde plaatsen van van mieris.
(1) V. leeuwen, Batavia Illnstr. bl. 713. Buitendien le
verde tij 4 manschappen tot dien togt. v. mieris, D. IV, bl. 84.