YADER MARTIN, Het zilverwit van tachtig jaar Versierde vader martin's hair. De grijsaard de eer van 't vlek en 't oord Stiet op zijn krukje stromplend voort; En hield, door 't jarental bezwaard, Het grijze hoofd gekromd naar de aard. In 't vlek minde elk hem, klein en groot; Bij ieder fee.st werd hij genood Men vlocht bij oogst- of hoogtijdsdans Altijd voor hem den schoonsten krans "Want martin was zoo zacht en goed En wraakte niet het vrolijk bloed. 't Werd Pinksterfeesten de eerste nacht Werd zingend dansend doorgebragt En groot en klein hief 't liedjen aan, En dartelde bij 't licht der maan. Slechts de oude martin toog alleen Naar zijner vrienden grafplaats heen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1839 | | pagina 224