203
Helaas! hij vergat haar de kernspreuk der vroomen
Dat boontje om zijn loontje hoe laat ook zal komen.
Veel langer reeds dan drie kwartier
Bewoog zich onder woest getier
Het geestenheir toen jorgeh spijtvol
Om 't onverpoosde dansgewoel
Elk toeriep hebt ge geen gevoel
Is hexenbij u nooit de tijd vol
Betaal mij voor mijn kunstig spel;
En voor mijn uitgedorsten lever
Die gij zelf met geen dronk jenever
Gelaafd hebt; maar betaal my wél.
Gij dame die hier aangetogen
Als waart gij lid van een bordeel
In 't dansparket hebt rond gevlogen
Betaal mij spoedig en wat veel.
Bedenk de videlspeler jorgen
Heeft 't huis voor vrouw en kind te zorgen
Houd u niet dom. Collega hans
Is rijklijk door u begenadigd;
'k Bemin van 't goud de zonneglans
Al werd ik niet door spijs verzadigd.
Ik geef den brui wat van uw schoon
Hier is mijn beurs lang mij mijn loon