111.
BERUSTING EN GELOOF.
Was Gott thut, das ist wohl gethan
Kerklied.
La veritable élévation de l'esprit, c'est da
pouvoir sentir toute la majesté et toute la
sublimit^ de la foi. Les grandes lumières
nous conduisent elles-mêmes a la soumiss ion
Massillon.
De aloudheid fabelt van een tweelingpaar
Van sterren beurtlings aan den hemelboog
Met flonkerstralen van helschittrend licht
Den scheepling leidend in der stormen nacht,
Vrijwarend hem voor wissen ondergang.
De dioscureiï zijn 't, het helden kroost,
Door blinden waan als halve Goón vereerd
Zij, hij wier gloed op 't bruisend pekelveld,
De kiel den koers vond naar het vaderland.
(Gelijk ons de oude dichtlier doet verstaan.)
Doch schooner licht, een licht dat nooit verbleekt
Dat in den nacht des kommers 't heerlijkst straalt,
En als de storm des levens zee beroert
Den zeekren weg ten veilgen haven wijst j