p i>eu §goo> ccn$ Gehuld in golvend licht en purpren hemelstralen Bekleed met heil'ge majesteit, Kwam eens een engel Gods op aarde nederdalen Van uit het rijk der zalige eeuwigheid. Zijn blik, vol helder vuur, door heil'ge liefde ontstoken, Viel op den wieg eens zuigelings ter neêr, In d'onschuld op 't gelaat van 't sluimrend wicht ontloken Vond hij zijn' eigen onschuld weêr. Aanschouwend is hij neêrgebogen Een nieuwe glans ontvloeit zijn' oogen Een nieuwe gloed ontvonkt zijn hart; Hij buigt zich over 't wiegje neder En kust het lieve kindzoo teeder IVog onbekend met levens smart.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1847 | | pagina 133