It
buiten last en de laatstcn nietsdan waartoe zij
als onderzaten van Holland gehouden waren
In hoeverre nu de beide ambassadeurs deel
gehad hebben aan de beruchte acte van uit
sluiting hierover is verschillend geoordeeld.
Nadat echter de witt 2) en beveuxixgh 3) door
kundige mannen van de hun opgelegde blaam
bevrijd zijn, mag die op xieupoof.t niet langer
rusten, daar hij eveneens als beyerxixgii, doch
eenigen tijd later, met eede verklaarde, dat hij
nimmer op eenigerlei wijze den Protector in
den mond gegeven haddat deze de uitsluiting
van den Prins van Oranje begeeren moest.
Neen, ook wij stemmen het den Heer simoxs
in zijn aangehaald werk gereedelijk toe, dat
noch op de Staten van Holland, noch op df. witt
en bij gevolg noch op de ambassadeurs hieromtrent
eenige blaam kan gelegd worden. De acte
van Seclusie door allen schoorvoetende gegeven,
was do persoonlijke wil van crómwel; hij zelf
bedong die als voorwaarde van vrede.
Die vrede werd dan ook den 27 Mei 1G54
openlijk in Holland afgekondigd. Na dien tijd
vertoefden onze gezanten nog in Engelandhan-
1) Wagenaar, D. XII, 1>1. 337.
2) Simons, t. a. plD. I, bl. 37 en verder.
3) Dr. C. D. J. SCHOTEL, lets over II. VAN BEVER1NGU
en BRUNO VAN DER BUSSEN, bl. 12 en 13.