HUISSELIJK HEIL. Een hartlijk lied uit warme borst Voor huislijk heil gezongen. Geen stof zoo rijkgeen stof zoo schoon Niet anders klink' de volle toon, Dan kunstloos, ongedwongen. Wie ooit aan 't vreemde hulde bied', Zijn' eigen haard miskenn' hij niet. Festijn en vorstelijke tooi Moog' wufte zinnen streelen, Gelukkig wie de praal veracht En wien de zegen tegenlacht, Dien liefde en trouwe deelen. Hem ruischt geen feestmuzijk in 't oor Maar meer geniet zijn hart er door. 3

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1851 | | pagina 105